hinauszögern vertaling - Nederlands Duits vertaling voor hinauszögern

Zoek woord hinauszögern heeft 6 resultaten

DE	Duits	NL	Nederlands
	hinauszögern [Zeit] hinausgezögert zögerst hinaus zögern hinaus zögertest hinaus zögerten hinaus zög(e)re hinaus		opschuiven [Zeit] opgeschoven schuift op schuiven op schoof op schoven op
	hinauszögern (v) [Zeit] hinausgezögert zögerst hinaus zögern hinaus zögertest hinaus zögerten hinaus zög(e)re hinaus		opschuiven (v) [Zeit] opgeschoven schuift op schuiven op schoof op schoven op
	hinauszögern [Zeit] hinausgezögert zögerst hinaus zögern hinaus zögertest hinaus zögerten hinaus zög(e)re hinaus		uitstellen [Zeit] uitgesteld stelt uit stellen uit stelde uit stelden uit
	hinauszögern (v) [Zeit] hinausgezögert zögerst hinaus zögern hinaus zögertest hinaus zögerten hinaus zög(e)re hinaus		uitstellen (v) [Zeit] uitgesteld stelt uit stellen uit stelde uit stelden uit
	hinauszögern [Zeit] hinausgezögert zögerst hinaus zögern hinaus zögertest hinaus zögerten hinaus zög(e)re hinaus		opschorten [Zeit] opgeschort schort op schorten op schortte op schortten op

DE	Duits	NL	Nederlands
	hinauszögern (v) [Zeit] hinausgezögert zögerst hinaus zögern hinaus zögertest hinaus zögerten hinaus zög(e)re hinaus		opschorten (v) [Zeit] opgeschort schort op schorten op schortte op schortten op

DE	Synoniemen voor hinauszögern	NL	Vertalingen
	verschieben [hinausschieben]		verschuiven
	verlegen [hinausschieben]		schaapachtig
	aussetzen [hinausschieben]		blootstellen aan
	verlangsamen [hinausschieben] (sich		afremmen {n}
	säumen [hinausschieben]		grenzen aan
	aufschieben [hinausschieben]		verdagen
	hinausziehen [hinausschieben]		rekken
	hinschleppen [hinausschieben] (sich		aanhouden {n}
	prolongieren [hinausschieben]		uitspinnen
	verlängern [verschieben]		rekken
	verzögern [verschieben]		naar later verschuiven
	hinziehen [verschieben] (sich		duren
	zurückstellen [verschieben]		terugzetten
	vertagen [verschieben]		opheffen {n}
	aufsparen [verschieben]		een voorraad aanleggen van
	hinausschieben [verschieben]		uitstellen
	auf Eis legen [verschieben]		op de lange baan schuiven
	warten [verzögern]		verzorgen
	aufhalten [verzögern]		halt doen houden
	hemmen [verzögern]		belemmeren {n}

Gratis multilingual online woordenboek