Zoek woord carenza heeft 18 resultaten
IT Italiaans NL Nederlands
carenza (n) [assenza] {f} lacune (n) {m} [assenza]
carenza (n) [scarcity] {f} schaarste (n) {f} [scarcity]
carenza (n) [quantità] {f} schaarste (n) {f} [quantità]
carenza (n) [assenza] {f} schaarste (n) {f} [assenza]
carenza (n) [quantità] {f} gemis (n) {n} [quantità]
IT Italiaans NL Nederlands
carenza (n) [assenza] {f} gemis (n) {n} [assenza]
carenza (n) [quantità] {f} hiaat (n) {m} [quantità]
carenza (n) [assenza] {f} hiaat (n) {m} [assenza]
carenza (n) [quantità] {f} lacune (n) {m} [quantità]
carenza (n) [assenza] {f} afwezigheid (n) {f} [assenza]
carenza (n) [quantità] {f} leemte (n) {f} [quantità]
carenza (n) [assenza] {f} leemte (n) {f} [assenza]
carenza (n) [quantità] {f} ontbreken (n) {n} [quantità]
carenza (n) [assenza] {f} ontbreken (n) {n} [assenza]
carenza (n) [quantità] {f} tekort (n) {n} [quantità]
carenza (n) [assenza] {f} tekort (n) {n} [assenza]
carenza (n) [quantità] {f} gebrek (n) {n} [quantità]
carenza (n) [assenza] {f} gebrek (n) {n} [assenza]

Italiaans Nederlands vertalingen

IT Synoniemen voor carenza NL Vertalingen
privazione [mancanza] f ontberingen (p)
penuria [mancanza] f tekortkoming {f}
scarsezza [mancanza] f schaarste {f}
assenza [mancanza] f tekort {n}
buco [vuoto] m gaatje {n}
omissione [vuoto] f weglating {f}
manchevolezza [vuoto] f zwakte {f}
mancanza [vuoto] f tekort {n}
salto [vuoto] m afgrond {m}
difetto [vuoto] m zwak punt {n}
insufficienza [vuoto] f tekort {n}
deficienza [vuoto] tekort {n}
lacuna [vuoto] f hiaat {m}