NL DE Nederlands Duits vertalingen voor belastingen opleggen
Zoek woord belastingen opleggen heeft 2 resultaten
Ga naar
NL | Nederlands | DE | Duits | |
---|---|---|---|---|
belastingen opleggen (v) [belastingen] | besteuern (v) [belastingen] | |||
belastingen opleggen (v) [belastingen] | mit Steuern belegen (v) [belastingen] |
NL DE Vertalingen voor belastingen
belastingen (n) [algemeen] (p) | Steuern (n) [algemeen] |
NL DE Vertalingen voor opleggen
opleggen (v) [dwingen] {n} | verpflichten (v) [dwingen] | |||
opleggen (v) [dwingen] {n} | zwingen (v) [dwingen] | |||
opleggen (v) [aanbrengen] {n} | auftragen (v) [aanbrengen] | |||
opleggen (v) [belastingen heffen] {n} | erheben (v) [belastingen heffen] | |||
opleggen (v) [bevelen] {n} | gebieten (v) [bevelen] | |||
opleggen (v) [aanbrengen] {n} | applizieren (v) [aanbrengen] | |||
opleggen (v) [aanbrengen] {n} | verabreichen (v) [aanbrengen] | |||
opleggen (v) [belastingen] {n} | auferlegen (v) [belastingen] | |||
opleggen (v) [belastingen heffen] {n} | auferlegen (v) [belastingen heffen] | |||
opleggen (v) [bevelen] {n} | auferlegen (v) [bevelen] |