NL IT Nederlands Italiaans vertalingen voor onafgebroken
Zoek woord onafgebroken heeft 24 resultaten
Ga naar Nederlands » Italiaans
NL | Nederlands | IT | Italiaans | |
---|---|---|---|---|
onafgebroken (a) [voortdurend] | sostenuto (a) [voortdurend] | |||
onafgebroken (o) [tijd] | consecutivamente (o) [tijd] | |||
onafgebroken (a) [voortdurend] | eterno (a) [voortdurend] | |||
onafgebroken (a) [voortdurend] | infinito (a) {m} [voortdurend] | |||
onafgebroken (o) [tijd] | in vigore (o) [tijd] |
NL | Nederlands | IT | Italiaans | |
---|---|---|---|---|
onafgebroken (o) [tijd] | valido (o) [tijd] | |||
onafgebroken (o) [tijd] | consecutivo (o) [tijd] | |||
onafgebroken (a) [voortdurend] | senza fine (a) [voortdurend] | |||
onafgebroken (a) [inspanning] | senza fine (a) [inspanning] | |||
onafgebroken (o) [tijd] | spietato (o) [tijd] | |||
onafgebroken (o) [tijd] | inesorabile (o) [tijd] | |||
onafgebroken (o) [tijd] | implacabile (o) [tijd] | |||
onafgebroken (a) [inspanning] | continuo (a) [inspanning] | |||
onafgebroken (a) [inspanning] | sostenuto (a) [inspanning] | |||
onafgebroken (o) [tijd] | permanente (o) {f} [tijd] | |||
onafgebroken (a) [voortdurend] | incessante (a) [voortdurend] | |||
onafgebroken (a) [inspanning] | incessante (a) [inspanning] | |||
onafgebroken (o) [tijd] | di fila (o) [tijd] | |||
onafgebroken (o) [tijd] | di seguito (o) [tijd] | |||
onafgebroken (o) [tijd] | ininterrottamente (o) [tijd] | |||
onafgebroken (o) [tijd] | senza interruzione (o) [tijd] | |||
onafgebroken (o) [tijd] | incessantemente (o) [tijd] | |||
onafgebroken (o) [tijd] | continuamente (o) [tijd] | |||
onafgebroken (a) [voortdurend] | continuo (a) [voortdurend] |
NL | Synoniemen voor onafgebroken | IT | Vertalingen | |
---|---|---|---|---|
constant [aanhoudend] | konstant | |||
voortdurend [aanhoudend] | kontinuerlig | |||
permanent [aanhoudend] m | ständig | |||
doorlopend [aaneengeschakeld] | ständig | |||
onbelemmerd [ongestoord] | ohämmad | |||
ongehinderd [ongestoord] | ohämmad | |||
aanhoudend [continu] | kontinuerlig | |||
niet aflatend [continu] | oavbruten | |||
ononderbroken [continu] | kontinuerlig | |||
regelmatig [gestadig] | regelbundet | |||
onverstoorbaar [gestadig] | ostoppbar | |||
gestadig [bestendig] | ständig |