Zoek woord zich vasthouden heeft 4 resultaten
Ga naar
NL Nederlands FR Frans
zich vasthouden [algemeen] étreindre [algemeen]
zich vasthouden [algemeen] s'accrocher [algemeen]
zich vasthouden [algemeen] serrer fort [algemeen]
zich vasthouden [algemeen] se cramponner [algemeen]

NL FR Vertalingen voor zich

zich (v) [survive; to do well enough] se débrouiller (v) [survive; to do well enough]
zich (n v) [clothe] habiller (n v) [clothe]
zich (n v) [put on clothes] mettre (n v) [put on clothes]
zich (v) [to seize power] usurper (v) [to seize power]
zich (n v) [put on clothes] enfiler (n v) [put on clothes]
zich [wederkerend vnw. - enk.] vous [wederkerend vnw. - enk.]
zich [wederkerend vnw. - enk. - beleefd] vous [wederkerend vnw. - enk. - beleefd]
zich [wederkerend voornaamwoord] vous [wederkerend voornaamwoord]
zich [wederkerend voornaamwoord - mv.] vous [wederkerend voornaamwoord - mv.]
zich [wederkerend voornaamwoord - mv. - beleefd] vous [wederkerend voornaamwoord - mv. - beleefd]

NL FR Vertalingen voor vasthouden

vasthouden [positie] retenir [positie]
vasthouden [tegenhouden] retenir [tegenhouden]
vasthouden [vastgrijpen] saisir [vastgrijpen]
vasthouden [positie] maintenir [positie]
vasthouden [tegenhouden] maintenir [tegenhouden]
vasthouden [vastgrijpen] serrer [vastgrijpen]
vasthouden [positie] tenir [positie]
vasthouden [tegenhouden] tenir [tegenhouden]
vasthouden [vastgrijpen] tenir [vastgrijpen]