Zoek woord vast goed heeft 2 resultaten
Ga naar
NL Nederlands DE Duits
vast goed (n) [rechten] {n} Eigentum (n) {n} [rechten]
vast goed (n) [rechten] {n} Immobilien (n) [rechten]

NL DE Vertalingen voor vast

vast (a) [zeker] bestimmt (a) [zeker]
vast (a) [zeker] gewiss (a) [zeker]
vast (a) [zeker] sicher (a) [zeker]
vast (adv) [certainly, undoubtedly] sicherlich (adv) [certainly, undoubtedly]
vast (a) [beroep] fest (a) [beroep]
vast (v n adj adv int) [firmly or securely fixed in place] fest (v n adj adv int) [firmly or securely fixed in place]
vast (a) [fysica] fest (a) [fysica]
vast (adj n adv) [in the solid state] fest (adj n adv) [in the solid state]
vast (a) [klant] fest (a) [klant]
vast (o) [kracht] fest (o) [kracht]

NL DE Vertalingen voor goed

goed (a) [moreel gedrag] {n} gerecht (a) [moreel gedrag]
goed (a) [moreel gedrag] {n} rechtschaffen (a) [moreel gedrag]
goed (o) [interjectie] {n} na ja (o) [interjectie]
goed (a) [wijs] {n} klug (a) [wijs]
goed (adj adv n v) [being acceptable, adequate, passable, or satisfactory] {n} akzeptabel (adj adv n v) [being acceptable, adequate, passable, or satisfactory]
goed (adj adv n v) [being acceptable, adequate, passable, or satisfactory] {n} genügend (adj adv n v) [being acceptable, adequate, passable, or satisfactory]
goed (n) [eigendom] {n} Besitz (n) {m} [eigendom]
goed {n} Eigentum {n}
goed (adj n) [tangible, movable property] {n} Habe (adj n) {f} [tangible, movable property]
goed (n) [eigendom] {n} Besitzstück (n) {n} [eigendom]