Zoek woord nicht schwer heeft 10 resultaten
DE Duits NL Nederlands
nicht schwer [einfach] eenvoudig [einfach]
nicht schwer (a) [einfach] eenvoudig (a) [einfach]
nicht schwer [einfach] simpel [einfach]
nicht schwer (a) [einfach] simpel (a) [einfach]
nicht schwer [einfach] makkelijk [einfach]
DE Duits NL Nederlands
nicht schwer (a) [einfach] makkelijk (a) [einfach]
nicht schwer [einfach] gemakkelijk [einfach]
nicht schwer (a) [einfach] gemakkelijk (a) [einfach]
nicht schwer [einfach] niet moeilijk [einfach]
nicht schwer (a) [einfach] niet moeilijk (a) [einfach]

DE NL Vertalingen voor nicht

nicht (v) [to reject as invalid, untrue, or improper] afkeuren (v) [to reject as invalid, untrue, or improper]
nicht (adj v n) [no longer in use] buiten gebruik (adj v n) [no longer in use]
nicht (adj) [non public] gesloten (adj) [non public]
nicht [allgemein] niet [allgemein]
nicht (o) [allgemein] niet (o) [allgemein]
nicht (contraction n) [do not] niet (contraction n) [do not]
nicht (v) [to refuse to allow] niet (v) [to refuse to allow]
nicht (v) [to refuse to allow] verbieden (v) [to refuse to allow]
nicht (adj v n) [no longer in use] buiten werking (adj v n) [no longer in use]
nicht (int adj) [(Canadian) an interjection used to ascertain the continued attention] (int adj) [(Canadian) an interjection used to ascertain the continued attention]

DE NL Vertalingen voor schwer

schwer [Anstrengung] veeleisend [Anstrengung]
schwer (a) [Anstrengung] veeleisend (a) [Anstrengung]
schwer [Anstrengung] moeilijk [Anstrengung]
schwer (a) [Anstrengung] moeilijk (a) [Anstrengung]
schwer [Situation] moeilijk [Situation]
schwer (a) [Situation] moeilijk (a) [Situation]
schwer (adj) [hard, not easy] moeilijk (adj) [hard, not easy]
schwer [schwierig] moeilijk [schwierig]
schwer (a) [schwierig] moeilijk (a) [schwierig]
schwer [Anstrengung] lastig [Anstrengung]

Duits Nederlands vertalingen

DE Synoniemen voor nicht schwer NL Vertalingen
leicht [gut verdaulich] makkelijk
gesund [gut verdaulich] valide
angenehm [gut verdaulich] aangenaam
verträglich [gut verdaulich] verenigbaar
essbar [gut verdaulich] eetbaar
genießbar [gut verdaulich] eetwaren (p)
verdaulich [gut verdaulich] verteerbaar
bekömmlich [gut verdaulich] heilzaam
beweglich [transportabel] beweeglijk
tragbar [transportabel] fatsoenlijk
vereinbar [bekömmlich] compatibel
förderlich [bekömmlich] bevorderlijk
harmlos [bekömmlich] onschuldig
dienlich [bekömmlich] opbouwend
gewaltlos [bekömmlich] zonder geweld
besonnen [bekömmlich] onverstoorbaar
nahrhaft [bekömmlich] voedend
kräftigend [bekömmlich] verkwikkend
gewöhnlich [leicht] naar gewoonte
matt [leicht] glansloos