Woxikon / Woordenboek / Nederlands Zweeds / Z / zich snel vermeerderen

NL SV Nederlands Zweeds vertalingen voor zich snel vermeerderen

Zoek woord zich snel vermeerderen heeft eén resultaat
Ga naar
NL Nederlands SV Zweeds
zich snel vermeerderen (v) [dieren] utbreda sig snabbt (v) [dieren]

NL SV Vertalingen voor zich

zich (v) [survive; to do well enough] klara sig (v) [survive; to do well enough]
zich (v) [to seize power] tillskansa sig (v) [to seize power]
zich (n v) [put on clothes] ta på sig (n v) [put on clothes]
zich (v n) [make a firm decision] besluta (v n) [make a firm decision]
zich (o) [wederkerend vnw. - enk.] er (o) [wederkerend vnw. - enk.]
zich (o) [wederkerend vnw. - enk. - beleefd] er (o) [wederkerend vnw. - enk. - beleefd]
zich (o) [wederkerend voornaamwoord] er (o) [wederkerend voornaamwoord]
zich (o) [wederkerend voornaamwoord - mv.] er (o) [wederkerend voornaamwoord - mv.]
zich (o) [wederkerend voornaamwoord - mv. - beleefd] er (o) [wederkerend voornaamwoord - mv. - beleefd]
zich (o) [wederkerend vnw. - enk.] eder (o) [wederkerend vnw. - enk.]

NL SV Vertalingen voor snel

snel (adj n) [simple, easy, or quick; convenient] ändamålsenlig (adj n) [simple, easy, or quick; convenient]
snel (o) [haast] snart (o) [haast]
snel (a) [snelheid] snart (a) [snelheid]
snel (o) [snelheid] snart (o) [snelheid]
snel (a) [tijd] snart (a) [tijd]
snel (o) [tijd] snart (o) [tijd]
snel (a) [aktie] kvick (a) [aktie]
snel (a) [antwoord] kvick (a) [antwoord]
snel (v n adj adv int) [capable of moving with great speed] kvick (v n adj adv int) [capable of moving with great speed]
snel (o) [haast] kvick (o) [haast]

NL SV Vertalingen voor vermeerderen

vermeerderen (v adj) [to grow in number] ackumulera (v adj) [to grow in number]
vermeerderen (v) [algemeen] höja (v) [algemeen]
vermeerderen (v) [bedrag] höja (v) [bedrag]
vermeerderen (v) [verhogen] höja (v) [verhogen]
vermeerderen (v) [versterken] höja (v) [versterken]
vermeerderen (v) [algemeen] öka (v) [algemeen]
vermeerderen (v) [bedrag] öka (v) [bedrag]
vermeerderen (v) [verhogen] öka (v) [verhogen]
vermeerderen (v) [versterken] öka (v) [versterken]
vermeerderen (v) [algemeen] förbättra (v) [algemeen]