Zoek woord doorrijden na een ongeluk heeft eén resultaat
Ga naar
NL Nederlands PT Portugees
doorrijden na een ongeluk (n) [rechten] {n} omissão de socorro (n) {f} [rechten]

NL PT Vertalingen voor doorrijden

doorrijden (v) [algemeen] continuar (v) [algemeen]
doorrijden (v) [algemeen] seguir (v) [algemeen]
doorrijden (v) [straat] afastar-se (v) [straat]

NL PT Vertalingen voor na

na (o) [tijd] além de (o) [tijd]
na (o) [voorzetsel] além de (o) [voorzetsel]
na (prep adv n) [after, time- or motion-wise] depois (prep adv n) [after, time- or motion-wise]
na (adv prep conj adj) [behind; later in time; following] depois (adv prep conj adj) [behind; later in time; following]
na (o) [tijd] depois (o) [tijd]
na (o) [voorzetsel] depois (o) [voorzetsel]
na (adv prep conj adj) [next in importance or rank] depois de (adv prep conj adj) [next in importance or rank]
na (adv prep conj adj) [subsequently; following in time; later than] depois de (adv prep conj adj) [subsequently; following in time; later than]
na (o) [tijd] depois de (o) [tijd]
na (o) [voorzetsel] depois de (o) [voorzetsel]

NL PT Vertalingen voor een

een (v) [to fart] {m} soltar (v) [to fart]
een (n v) [to bathe using a shower] {m} tomar (n v) [to bathe using a shower]
een (a) [algemeen] {m} um certo (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} um certo (a) [hoofdtelwoord]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} um certo (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een (a) [algemeen] {m} uma certa (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} uma certa (a) [hoofdtelwoord]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} uma certa (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een (a) [algemeen] {m} um tal de (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} um tal de (a) [hoofdtelwoord]

NL PT Vertalingen voor ongeluk

ongeluk (n) [algemeen] {n} desgraça (n) {f} [algemeen]
ongeluk (n) [gebeurtenis] {n} desgraça (n) {f} [gebeurtenis]
ongeluk (n) [tegenslag] {n} desgraça (n) {f} [tegenslag]
ongeluk (n) [verkeer] {n} desgraça (n) {f} [verkeer]
ongeluk (n) [algemeen] {n} batida (n) {f} [algemeen]
ongeluk (n) [gebeurtenis] {n} batida (n) {f} [gebeurtenis]
ongeluk (n) [tegenslag] {n} batida (n) {f} [tegenslag]
ongeluk (n) [verkeer] {n} batida (n) {f} [verkeer]
ongeluk (n) [algemeen] {n} adversidade (n) {f} [algemeen]
ongeluk (n) [gebeurtenis] {n} adversidade (n) {f} [gebeurtenis]