Zoek woord vitalità heeft 9 resultaten
IT Italiaans NL Nederlands
vitalità (n) [generale] {f} levendigheid (n) {f} [generale]
vitalità (n) [persona] {f} levendigheid (n) {f} [persona]
vitalità (n) [energia] {f} energie (n) {f} [energia]
vitalità (n) [generale] {f} energie (n) {f} [generale]
vitalità (n) [energia] {f} vitaliteit (n) {f} [energia]
IT Italiaans NL Nederlands
vitalità (n) [generale] {f} vitaliteit (n) {f} [generale]
vitalità (n) [persona] {f} vitaliteit (n) {f} [persona]
vitalità (n) [energia] {f} levenskracht (n) {m} [energia]
vitalità (n) [generale] {f} levenskracht (n) {m} [generale]

Italiaans Nederlands vertalingen

IT Synoniemen voor vitalità NL Vertalingen
gaiezza [contentezza] f uitgelatenheid {f}
gioia [contentezza] f geluk {n}
esultanza [contentezza] f gejuich {n}
giubilo [contentezza] m gejuich {n}
ilarità [contentezza] f gelach {n}
brio [contentezza] m vitaliteit {f}
vivacità [contentezza] f opgewektheid {f}
allegria [contentezza] f vrolijkheid {f}
forza [dedizione] f troep {m}
passione [dedizione] f bezieling {f}
anima [dedizione] f spooksel (n v)
benessere [vigore] m voorspoed {m}
energia [vigore] f energie {f}
baldanza [vivacità] f heldhaftigheid {f}
spontaneità [vivacità] f spontaniteit {f}
esuberanza [vivacità] f uitbundigheid {f}
grandezza [bellezza] f grootte {f}
magnificenza [bellezza] f grootsheid {f}
splendore [bellezza] m grandeur (n)
gloria [bellezza] f dankzegging