riportare in vita vertaling - Nederlands Italiaans vertaling voor riportare in vita

Woxikon / Woordenboek / Nederlands Italiaans / R / riportare in vita

Zoek woord riportare in vita heeft 3 resultaten

Ga naar

IT	Italiaans	NL	Nederlands
	riportare in vita (v) [forza]		nieuw leven inblazen (v) [forza]
	riportare in vita (v) [abitudine]		opnieuw invoeren (v) [abitudine]
	riportare in vita (v) [forza]		reanimeren (v) [forza]

IT NL Vertalingen voor riportare

	riportare (v n) [To ; to bear towards; to] riportando avrai riportato avranno riportato		halen (v n) [To ; to bear towards; to] gehaald haalt halen haalde haalden
	riportare (v) [To bring back to a previous condition or state] riportando avrai riportato avranno riportato		herstellen (v) {n} [To bring back to a previous condition or state] hersteld herstelt herstellen herstelden herstelde
	riportare (v) [racconto] riportando avrai riportato avranno riportato		beschrijven (v) [racconto] beschreven beschrijven beschrijft beschreef beschreven
	riportare (v) [contabilità] riportando avrai riportato avranno riportato		transporteren (v) [contabilità] getransporteerd transporteren transporteert transporteerden transporteerde
	riportare (v) [oggetti] riportando avrai riportato avranno riportato		terugbrengen (v) [oggetti] teruggebracht brengen terug brengt terug brachten terug bracht terug
	riportare (v n) [to fetch or carry back something] riportando avrai riportato avranno riportato		terugbrengen (v n) [to fetch or carry back something] teruggebracht brengen terug brengt terug brachten terug bracht terug
	riportare (v) [racconto] riportando avrai riportato avranno riportato		vertellen (v) [racconto] verteld vertellen vertelt vertelden vertelde
	riportare (v) [racconto] riportando avrai riportato avranno riportato		verhalen (v) [racconto] verhaald verhalen verhaalt verhaalden verhaalde
	riportare (v) [To bring back to a previous condition or state] riportando avrai riportato avranno riportato		terugzetten (v) [To bring back to a previous condition or state] teruggezet zetten terug zet terug zetten terug zette terug
	riportare (v) [racconto] riportando avrai riportato avranno riportato		berichten (v) [racconto] bericht bericht berichten berichtten berichtte

IT NL Vertalingen voor in

	in		opletten
	in (o) [direzione]		naar (o) [direzione]
	in (particle prep adv) [in the direction of, and arriving at]		naar (particle prep adv) [in the direction of, and arriving at]
	in		wachten {n}
	in (o) [direzione]		bij (o) {m} [direzione]
	in (o) [in ogni]		bij (o) {m} [in ogni]
	in (o) [preposizione]		bij (o) {m} [preposizione]
	in (o) [prossimità]		bij (o) {m} [prossimità]
	in (o) [direzione]		op (o) [direzione]
	in (o) [in ogni]		op (o) [in ogni]

IT NL Vertalingen voor vita

	vita (n) [essere] {f}		zijn (n) {n} [essere]
	vita (n) [generale] {f}		zijn (n) {n} [generale]
	vita (n) [essere] {f}		bestaan (n) {n} [essere]
	vita (n) [generale] {f}		bestaan (n) {n} [generale]
	vita (n) [persona] {f}		levendigheid (n) {f} [persona]
	vita (n) [persona] {f}		vitaliteit (n) {f} [persona]
	vita (n) [abbigliamento] {f}		taille (n) {m} [abbigliamento]
	vita (n) [anatomia] {f}		taille (n) {m} [anatomia]
	vita (n) [abbigliamento] {f}		middel (n) {n} [abbigliamento]
	vita (n) [anatomia] {f}		middel (n) {n} [anatomia]