Zoek woord onbeschaamdheid heeft 17 resultaten
NL Nederlands IT Italiaans
onbeschaamdheid (n) [gedrag] {f} faccia tosta (n) {f} [gedrag]
onbeschaamdheid (n) [gedrag] {f} mancanza di tatto (n) {f} [gedrag]
onbeschaamdheid (n) [gedrag] {f} indelicatezza (n) {f} [gedrag]
onbeschaamdheid (n) [gedrag] {f} comportamento scorretto (n) {m} [gedrag]
onbeschaamdheid (n) [gedrag] {f} scortesia (n) {f} [gedrag]
NL Nederlands IT Italiaans
onbeschaamdheid (n) [gedrag] {f} rozzezza (n) {f} [gedrag]
onbeschaamdheid (n) [schaamteloosheid] {f} impertinenza (n) {f} [schaamteloosheid]
onbeschaamdheid (n) [gedrag] {f} impertinenza (n) {f} [gedrag]
onbeschaamdheid (n) [schaamteloosheid] {f} faccia tosta (n) {f} [schaamteloosheid]
onbeschaamdheid (n) [gedrag] {f} impudenza (n) {f} [gedrag]
onbeschaamdheid (n) [schaamteloosheid] {f} sfacciataggine (n) {f} [schaamteloosheid]
onbeschaamdheid (n) [gedrag] {f} sfacciataggine (n) {f} [gedrag]
onbeschaamdheid (n) [schaamteloosheid] {f} arroganza (n) {f} [schaamteloosheid]
onbeschaamdheid (n) [gedrag] {f} arroganza (n) {f} [gedrag]
onbeschaamdheid (n) [schaamteloosheid] {f} sfrontatezza (n) {f} [schaamteloosheid]
onbeschaamdheid (n) [gedrag] {f} sfrontatezza (n) {f} [gedrag]
onbeschaamdheid (n) [schaamteloosheid] {f} impudenza (n) {f} [schaamteloosheid]