Zoek woord met een klap dichtslaan heeft 2 resultaten
Ga naar
NL Nederlands IT Italiaans
met een klap dichtslaan (v) [deur] sbattere (v) {m} [deur]
met een klap dichtslaan (v) [deur] chiudersi con forza (v) [deur]

NL IT Vertalingen voor met

met (v n) [to engage in combat] combattere (v n) [to engage in combat]
met (o) [algemeen] per (o) [algemeen]
met (o) [eigenschap] per (o) [eigenschap]
met (o) [in het geval van] per (o) [in het geval van]
met (o) [middel] per (o) [middel]
met (o) [op hetzelfde tempo als] per (o) [op hetzelfde tempo als]
met (o) [positie] per (o) [positie]
met (o) [vermenigvuldiging] per (o) [vermenigvuldiging]
met (particle prep adv) [used after certain adjectives to indicate a relationship] a (particle prep adv) [used after certain adjectives to indicate a relationship]
met (o) [algemeen] di (o) [algemeen]

NL IT Vertalingen voor een

een (v n) [to assign a role in a play or performance] {m} assegnare (v n) [to assign a role in a play or performance]
een (a) [algemeen] {m} qualche (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} qualche (a) [hoofdtelwoord]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} qualche (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een (a) [algemeen] {m} un (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} un (a) [hoofdtelwoord]
een (o) [hoofdtelwoord] {m} un (o) [hoofdtelwoord]
een (conj n prep) [indefinite article] {m} un (conj n prep) [indefinite article]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} un (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een (o) [onbepaald lidwoord] {m} un (o) [onbepaald lidwoord]

NL IT Vertalingen voor klap

klap (n) [geluid] {m} botte (n) {f} [geluid]
klap (n) [slag] {m} botte (n) {f} [slag]
klap (n) [straf] {m} botte (n) {f} [straf]
klap (n) [geluid] {m} percosse (n) {f} [geluid]
klap (n) [slag] {m} percosse (n) {f} [slag]
klap (n) [straf] {m} percosse (n) {f} [straf]
klap (n) [geluid] {m} legnate (n) {f} [geluid]
klap (n) [slag] {m} legnate (n) {f} [slag]
klap (n) [straf] {m} legnate (n) {f} [straf]
klap (n) [geluid] {m} bastonate (n) {f} [geluid]

NL IT Vertalingen voor dichtslaan

dichtslaan (v) [deur] sbattere (v) {m} [deur]
dichtslaan (v) [deur] chiudersi con un colpo secco (v) [deur]