Woxikon / Woordenboek / Nederlands Italiaans / I / iemand te hulp schieten

NL IT Nederlands Italiaans vertalingen voor iemand te hulp schieten

Zoek woord iemand te hulp schieten heeft 3 resultaten
Ga naar

NL IT Vertalingen voor iemand

iemand (o) [onbepaald vnw. - negatieve zinnen] nessuno (o) [onbepaald vnw. - negatieve zinnen]
iemand (o) [onbepaald vnw. - vragende zinnen] nessuno (o) [onbepaald vnw. - vragende zinnen]
iemand (o) [onbepaald voornaamwoord - m.] nessuno (o) [onbepaald voornaamwoord - m.]
iemand (o) [onbepaald vnw. - negatieve zinnen] qualcuno (o) [onbepaald vnw. - negatieve zinnen]
iemand (o) [onbepaald vnw. - vragende zinnen] qualcuno (o) [onbepaald vnw. - vragende zinnen]
iemand (o) [onbepaald voornaamwoord - m.] qualcuno (o) [onbepaald voornaamwoord - m.]
iemand (pronoun n) [some person] qualcuno (pronoun n) [some person]
iemand (pronoun n) [some unspecified person] qualcuno (pronoun n) [some unspecified person]

NL IT Vertalingen voor te

te (o) [graad] troppo (o) [graad]
te (adv) [more than enough; ''as too much''] troppo (adv) [more than enough; ''as too much'']
te (particle prep adv) [infinitive-marker] -are (particle prep adv) [infinitive-marker] (particle prep adv)
te (particle prep adv) [infinitive-marker] -ere (particle prep adv) [infinitive-marker] (particle prep adv)
te (particle prep adv) [infinitive-marker] -ire (particle prep adv) [infinitive-marker] (particle prep adv)

NL IT Vertalingen voor hulp

hulp (n) [bijstand] {m} aiuto (n) {m} [bijstand]
hulp (n v) [help; succor; assistance; relief] {m} aiuto (n v) {m} [help; succor; assistance; relief]
hulp (n) [resultaat] {m} aiuto (n) {m} [resultaat]
hulp (n) [steun] {m} aiuto (n) {m} [steun]
hulp (n) [bijstand] {m} incoraggiamento (n) {m} [bijstand]
hulp (n) [steun] {m} incoraggiamento (n) {m} [steun]
hulp (n) [one who is hired to perform regular household or other duties, and receives compensation] {m} domestico (n) {m} [one who is hired to perform regular household or other duties, and receives compensation]
hulp (n) [one who is hired to perform regular household or other duties, and receives compensation] {m} servitore (n) {m} [one who is hired to perform regular household or other duties, and receives compensation]
hulp (n) [bijstand] {m} assistenza (n) {f} [bijstand]
hulp (n) [resultaat] {m} assistenza (n) {f} [resultaat]

NL IT Vertalingen voor schieten

schieten (v) [beweging] {n} sparare (v) [beweging]
schieten (v) [geweer] {n} sparare (v) [geweer]
schieten (n v) [intransitive: to shoot] {n} sparare (n v) [intransitive: to shoot]
schieten (v n int) [to fire a shot] {n} sparare (v n int) [to fire a shot]
schieten (v n int) [to fire multiple shots] {n} sparare (v n int) [to fire multiple shots]
schieten (v) [raket] {n} lanciare (v) [raket]
schieten (v) [raket] {n} proiettare (v) [raket]
schieten (v) [beweging] {n} colpire (v) [beweging]
schieten (v) [geweer] {n} colpire (v) [geweer]
schieten (v) [beweging] {n} affrettarsi (v) [beweging]