Zoek woord een breuk veroorzaken tussen heeft 2 resultaten
Ga naar
| een (v) [to fart] {m} | | lâcher (v) [to fart] | |
| een (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion] {m} | | faire (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion] | |
| een (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion] {m} | | complimenter (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion] | |
| een (v) [to fart] {m} | | en (v) [to fart] | |
| een [algemeen] {m} | | quelque [algemeen] | |
| een [hoofdtelwoord] {m} | | quelque [hoofdtelwoord] | |
| een [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} | | quelque [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] | |
| een {m} | | un {m} | |
| een [algemeen] {m} | | un {m} [algemeen] | |
| een [hoofdtelwoord] {m} | | un {m} [hoofdtelwoord] | |
| veroorzaken [algemeen] - veroorzaakt
- veroorzaakt
- veroorzaken
- veroorzaakte
- veroorzaakten
| | déclencher [algemeen] - aies déclenché
- aient déclenché
- déclenches
- déclenchent
| |
| veroorzaken [moeilijkheden] - veroorzaakt
- veroorzaakt
- veroorzaken
- veroorzaakte
- veroorzaakten
| | déclencher [moeilijkheden] - aies déclenché
- aient déclenché
- déclenches
- déclenchent
| |
| veroorzaken [opstand] - veroorzaakt
- veroorzaakt
- veroorzaken
- veroorzaakte
- veroorzaakten
| | déclencher [opstand] - aies déclenché
- aient déclenché
- déclenches
- déclenchent
| |
| veroorzaken [ramp] - veroorzaakt
- veroorzaakt
- veroorzaken
- veroorzaakte
- veroorzaakten
| | déclencher [ramp] - aies déclenché
- aient déclenché
- déclenches
- déclenchent
| |
| veroorzaken [schade] - veroorzaakt
- veroorzaakt
- veroorzaken
- veroorzaakte
- veroorzaakten
| | déclencher [schade] - aies déclenché
- aient déclenché
- déclenches
- déclenchent
| |
| veroorzaken [teweegbrengen] - veroorzaakt
- veroorzaakt
- veroorzaken
- veroorzaakte
- veroorzaakten
| | déclencher [teweegbrengen] - aies déclenché
- aient déclenché
- déclenches
- déclenchent
| |
| veroorzaken (v) [To cause to take place] - veroorzaakt
- veroorzaakt
- veroorzaken
- veroorzaakte
- veroorzaakten
| | provoquer (v) [To cause to take place] - aies provoqué
- aient provoqué
- provoques
- provoquent
| |
| veroorzaken [algemeen] - veroorzaakt
- veroorzaakt
- veroorzaken
- veroorzaakte
- veroorzaakten
| | provoquer [algemeen] - aies provoqué
- aient provoqué
- provoques
- provoquent
| |
| veroorzaken [moeilijkheden] - veroorzaakt
- veroorzaakt
- veroorzaken
- veroorzaakte
- veroorzaakten
| | provoquer [moeilijkheden] - aies provoqué
- aient provoqué
- provoques
- provoquent
| |
| veroorzaken [oorzaak] - veroorzaakt
- veroorzaakt
- veroorzaken
- veroorzaakte
- veroorzaakten
| | provoquer [oorzaak] - aies provoqué
- aient provoqué
- provoques
- provoquent
| |