NL EN Nederlands Engels vertalingen voor duidelijk zichtbaar zijn
Zoek woord duidelijk zichtbaar zijn heeft 4 resultaten
Ga naar
| NL | Nederlands | EN | Engels | |
|---|---|---|---|---|
| duidelijk zichtbaar zijn [waarneembaarheid] | show [waarneembaarheid] | |||
| duidelijk zichtbaar zijn [waarneembaarheid] | be apparent [waarneembaarheid] | |||
| duidelijk zichtbaar zijn [waarneembaarheid] | be obvious [waarneembaarheid] | |||
| duidelijk zichtbaar zijn [waarneembaarheid] | be noticeable [waarneembaarheid] |
NL EN Vertalingen voor duidelijk
| duidelijk [evident] | clear [evident] | |||
| duidelijk [klaar] | clear [klaar] | |||
| duidelijk [verklaring] | clear [verklaring] | |||
| duidelijk [evident] | plain [evident] | |||
| duidelijk [onbetwistbaar] | absolute [onbetwistbaar] | |||
| duidelijk [onbetwistbaar] | indubitable [onbetwistbaar] | |||
| duidelijk [onbetwistbaar] | unquestionable [onbetwistbaar] | |||
| duidelijk [onbetwistbaar] | emphatic [onbetwistbaar] | |||
| duidelijk [verklaring] | definite [verklaring] | |||
| duidelijk [verklaring] | clear-cut [verklaring] |
NL EN Vertalingen voor zichtbaar
| zichtbaar (v) [to reveal, uncover, make visible, bring to light, introduce to] | expose (v) [to reveal, uncover, make visible, bring to light, introduce to] | |||
| zichtbaar [zekerheid] | clearly [zekerheid] | |||
| zichtbaar [zekerheid] | obviously [zekerheid] | |||
| zichtbaar [zekerheid] | evidently [zekerheid] | |||
| zichtbaar (adj) [able to be seen] | visible (adj) [able to be seen] | |||
| zichtbaar [zintuiglijke waarneming] | visible [zintuiglijke waarneming] | |||
| zichtbaar [zintuiglijke waarneming] | perceptible [zintuiglijke waarneming] | |||
| zichtbaar [zintuiglijke waarneming] | perceptibly [zintuiglijke waarneming] (formal) | |||
| zichtbaar [zekerheid] | visibly [zekerheid] | |||
| zichtbaar [zekerheid] | noticeably [zekerheid] |
NL EN Vertalingen voor zijn
| zijn [bestaan] {n} | living [bestaan] | |||
| zijn [filosofie] {n} | existence [filosofie] | |||
| zijn [plaats] {n} | be located [plaats] | |||
| zijn {n} | be | |||
| zijn (v) [(archaic) used to form the perfect aspect with certain intransitive verbs] {n} | be (v) [(archaic) used to form the perfect aspect with certain intransitive verbs] | |||
| zijn [algemeen] {n} | be [algemeen] | |||
| zijn [filosofie] {n} | be [filosofie] | |||
| zijn [plaats] {n} | be [plaats] | |||
| zijn [filosofie] {n} | exist [filosofie] | |||
| zijn [bestaan] {n} | existing [bestaan] |