vollstrecken vertaling - Nederlands Duits vertaling voor vollstrecken

Zoek woord vollstrecken heeft 8 resultaten

DE	Duits	NL	Nederlands
	vollstrecken [Aufgabe] vollstreckt vollstreckst vollstrecken vollstrecktest vollstreckten vollstreck(e)		uitvoeren {n} [Aufgabe] uitgevoerd voert uit voeren uit voerde uit voerden uit
	vollstrecken (v) [Aufgabe] vollstreckt vollstreckst vollstrecken vollstrecktest vollstreckten vollstreck(e)		uitvoeren (v) {n} [Aufgabe] uitgevoerd voert uit voeren uit voerde uit voerden uit
	vollstrecken [Strafe] vollstreckt vollstreckst vollstrecken vollstrecktest vollstreckten vollstreck(e)		uitvoeren {n} [Strafe] uitgevoerd voert uit voeren uit voerde uit voerden uit
	vollstrecken (v) [Strafe] vollstreckt vollstreckst vollstrecken vollstrecktest vollstreckten vollstreck(e)		uitvoeren (v) {n} [Strafe] uitgevoerd voert uit voeren uit voerde uit voerden uit
	vollstrecken [Aufgabe] vollstreckt vollstreckst vollstrecken vollstrecktest vollstreckten vollstreck(e)		verrichten [Aufgabe] verricht verricht verrichten verrichtte verrichtten

DE	Duits	NL	Nederlands
	vollstrecken (v) [Aufgabe] vollstreckt vollstreckst vollstrecken vollstrecktest vollstreckten vollstreck(e)		verrichten (v) [Aufgabe] verricht verricht verrichten verrichtte verrichtten
	vollstrecken [Strafe] vollstreckt vollstreckst vollstrecken vollstrecktest vollstreckten vollstreck(e)		voltrekken [Strafe] voltrokken voltrekt voltrekken voltrok voltrokken
	vollstrecken (v) [Strafe] vollstreckt vollstreckst vollstrecken vollstrecktest vollstreckten vollstreck(e)		voltrekken (v) [Strafe] voltrokken voltrekt voltrekken voltrok voltrokken

DE	Synoniemen voor vollstrecken	NL	Vertalingen
	machen [ausführen]		doen
	erreichen [ausführen]		bereiken {n}
	tun [ausführen]		optreden {n}
	schaffen [ausführen]		scheppen
	nachkommen [ausführen]		gehoor geven aan
	leisten [ausführen]		het ... doen
	beenden [ausführen]		afronden {n}
	durchführen [ausführen]		verrichten
	ausüben [ausführen]		gebruiken
	treiben [ausführen]		stuwen
	realisieren [ausführen]		realiseren
	anwenden [ausführen]		aanwenden
	verwirklichen [ausführen]		bereiken {n}
	begehen [ausführen]		bedrijven
	erbringen [ausführen]		dragen
	verrichten [ausführen]		uitvoeren {n}
	erledigen [ausführen]		de laatste hand leggen aan
	ausrichten [ausführen]		op één lijn brengen
	ausfüllen [ausführen]		invullen
	verüben [ausführen]		bedrijven

Gratis multilingual online woordenboek