Zoek woord uitzenden heeft 12 resultaten
NL | Nederlands | DE | Duits | |
| uitzenden (v) [televisie] - uitgezonden
- zendt uit
- zenden uit
- zond uit
- zonden uit
| | übertragen (v) [televisie] - übertragen
- überträgst
- übertragen
- übertrugst
- übertrugen
- übertrag(e)
| |
| uitzenden (v) [televisie] - uitgezonden
- zendt uit
- zenden uit
- zond uit
- zonden uit
| | senden (v) [televisie] - gesandt
- sendest
- senden
- sandtest
- sandten
- sende
| |
| uitzenden (adj n v) [to transmit a message or signal via radio waves or electronic means] - uitgezonden
- zendt uit
- zenden uit
- zond uit
- zonden uit
| | senden (adj n v) [to transmit a message or signal via radio waves or electronic means] - gesandt
- sendest
- senden
- sandtest
- sandten
- sende
| |
| uitzenden (adj n v) [a radio or TV transmission on air] | | Übertragung (adj n v) {f} [a radio or TV transmission on air] | |
| uitzenden (adj n v) [to transmit a message or signal via radio waves or electronic means] - uitgezonden
- zendt uit
- zenden uit
- zond uit
- zonden uit
| | verbreiten (adj n v) [to transmit a message or signal via radio waves or electronic means] - verbreitet
- verbreiten
- verbreitest
- verbreitetest
- verbreiteten
- verbreite
| |
NL | Nederlands | DE | Duits | |
| uitzenden (adj n v) [a radio or TV transmission on air] | | Sendung (adj n v) {f} [a radio or TV transmission on air] | |
| uitzenden (adj n v) [a radio or TV transmission on air] | | Ausstrahlung (adj n v) {f} [a radio or TV transmission on air] | |
| uitzenden (v) [licht] - uitgezonden
- zendt uit
- zenden uit
- zond uit
- zonden uit
| | ausstrahlen (v) [licht] - ausgestrahlt
- strahlen aus
- strahlst aus
- strahlten aus
- strahltest aus
- strahl(e) aus
| |
| uitzenden (n v) [to broadcast] - uitgezonden
- zendt uit
- zenden uit
- zond uit
- zonden uit
| | ausstrahlen (n v) [to broadcast] - ausgestrahlt
- strahlen aus
- strahlst aus
- strahlten aus
- strahltest aus
- strahl(e) aus
| |
| uitzenden (v) [to send out or give off] - uitgezonden
- zendt uit
- zenden uit
- zond uit
- zonden uit
| | emittieren (v) [to send out or give off] - emittiert
- emittieren
- emittierst
- emittierten
- emittiertest
- emittiere
| |
| uitzenden (adj n v) [a radio or TV transmission on air] | | Rundfunk (adj n v) {m} [a radio or TV transmission on air] | |
| uitzenden (v) [to send out or give off] - uitgezonden
- zendt uit
- zenden uit
- zond uit
- zonden uit
| | aussenden (v) [to send out or give off] - ausgesandt
- senden aus
- sendest aus
- sandten aus
- sandtest aus
- sende aus
| |