Zoek woord uitgaan van heeft 3 resultaten
Ga naar
NL Nederlands DE Duits
uitgaan van (v) [voortvloeien uit] ausfließen (v) [voortvloeien uit]
uitgaan van (v) [voortvloeien uit] entströmen (v) [voortvloeien uit]
uitgaan van (v) [voortvloeien uit] entweichen (v) [voortvloeien uit]

NL DE Vertalingen voor uitgaan

uitgaan (n v) [go out] ausgehen (n v) [go out]
uitgaan (v) [licht] ausgehen (v) [licht]
uitgaan (v) [persoon] ausgehen (v) [persoon]
uitgaan (v) [to leave one's abode to go to public places] ausgehen (v) [to leave one's abode to go to public places]
uitgaan (v) [vermaak] ausgehen (v) [vermaak]
uitgaan (v) [vuur] ausgehen (v) [vuur]
uitgaan (n v) [leave] abgehen (n v) [leave]
uitgaan (n v) [leave] aussteigen (n v) [leave]
uitgaan (n v) [leave] verschwinden (n v) [leave]
uitgaan (n v) [go out] hinausgehen (n v) [go out]

NL DE Vertalingen voor van

van (o) [algemeen] zu (o) [algemeen]
van (o) [algemeen] für (o) [algemeen]
van (prep) [with the separation, exclusion or differentiation of] vor (prep) [with the separation, exclusion or differentiation of]
van (v prep) [be the property of] gehören (v prep) [be the property of]
van (o) [boeken] durch (o) [boeken]
van (n) von (n)
van (o) [bezit] von (o) [bezit]
van (o) [boeken] von (o) [boeken]
van (o) [oorsprong] von (o) [oorsprong]
van (o) [plaats] von (o) [plaats]