Zoek woord nicht trauen heeft 6 resultaten
DE Duits NL Nederlands
nicht trauen [Zweifel] wantrouwen {n} [Zweifel]
nicht trauen (v) [Zweifel] wantrouwen (v) {n} [Zweifel]
nicht trauen [Zweifel] argwaan koesteren tegenover [Zweifel]
nicht trauen (v) [Zweifel] argwaan koesteren tegenover (v) [Zweifel]
nicht trauen [Zweifel] wantrouwig staan tegenover [Zweifel]
DE Duits NL Nederlands
nicht trauen (v) [Zweifel] wantrouwig staan tegenover (v) [Zweifel]

DE NL Vertalingen voor nicht

nicht (v) [to reject as invalid, untrue, or improper] afkeuren (v) [to reject as invalid, untrue, or improper]
nicht (adj v n) [no longer in use] buiten gebruik (adj v n) [no longer in use]
nicht (adj) [non public] gesloten (adj) [non public]
nicht [allgemein] niet [allgemein]
nicht (o) [allgemein] niet (o) [allgemein]
nicht (contraction n) [do not] niet (contraction n) [do not]
nicht (v) [to refuse to allow] niet (v) [to refuse to allow]
nicht (v) [to refuse to allow] verbieden (v) [to refuse to allow]
nicht (adj v n) [no longer in use] buiten werking (adj v n) [no longer in use]
nicht (int adj) [(Canadian) an interjection used to ascertain the continued attention] (int adj) [(Canadian) an interjection used to ascertain the continued attention]

DE NL Vertalingen voor trauen

trauen [Ehe] trouwen [Ehe]
trauen (v) [Ehe] trouwen (v) [Ehe]
trauen [Ehe] in de echt verbinden [Ehe]
trauen (v) [Ehe] in de echt verbinden (v) [Ehe]