Woxikon / Woordenboek / Nederlands Duits / H / het vuur richten op

NL DE Nederlands Duits vertalingen voor het vuur richten op

Zoek woord het vuur richten op heeft eén resultaat
Ga naar
NL Nederlands DE Duits
het vuur richten op (v) [militair] das Geschützfeuer richten auf (v) [militair]

NL DE Vertalingen voor het

het (n v abbr) [work, suffice] reichen (n v abbr) [work, suffice]
het (article adv) [article] das (article adv) [article]
het (o) [bepaald lidwoord] das (o) [bepaald lidwoord]
het (article adv) [article] der (article adv) [article]
het (o) [bepaald lidwoord] der (o) [bepaald lidwoord]
het (article adv) [stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention] der (article adv) [stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention]
het (article adv) [used with the name of a member of a class to refer to all things in that class] der (article adv) [used with the name of a member of a class to refer to all things in that class]
het (article adv) [with a superlative] der (article adv) [with a superlative]
het (article adv) [article] die (article adv) [article]
het (o) [bepaald lidwoord] die (o) [bepaald lidwoord]

NL DE Vertalingen voor vuur

vuur (n) {n} Feuer (n) {n}
vuur (n) [algemeen] {n} Feuer (n) {n} [algemeen]
vuur (n v) [in-flight bullets] {n} Feuer (n v) {n} [in-flight bullets]
vuur (n v) [one of the basic elements] {n} Feuer (n v) {n} [one of the basic elements]
vuur (n v) [oxidation reaction] {n} Feuer (n v) {n} [oxidation reaction]
vuur (n v) [something that has produced or is capable of producing this chemical reaction] {n} Feuer (n v) {n} [something that has produced or is capable of producing this chemical reaction]
vuur (n v) [fast-burning fire] {n} Flamme (n v) {f} [fast-burning fire]
vuur (n) [ijver] {n} Begeisterung (n) {f} [ijver]
vuur (n) [ijver] {n} Eifer (n) {m} [ijver]
vuur (n) [kunst] {n} Schwung (n) {m} [kunst]

NL DE Vertalingen voor richten

richten (v) [telecommunicatie] {n} senden (v) [telecommunicatie]
richten (v) {n} richten (v)
richten (v) [richting] {n} richten (v) [richting]
richten (v) [richting] {n} zielen (v) [richting]
richten (n v init) [to point or direct a missile weapon] {n} zielen (n v init) [to point or direct a missile weapon]
richten (v) [algemeen] {n} ausrichten (v) [algemeen]
richten (n) [richting] {n} Zielen (n) {n} [richting]

NL DE Vertalingen voor op

op (n v) [to spend or take a vacation] Urlaub (n v) {m} [to spend or take a vacation]
op (adv prep adj n v) [finished] beendet (adv prep adj n v) [finished]
op (adv prep adj n v) [awake] munter (adv prep adj n v) [awake]
op (adv prep adj n v) [finished] alle (adv prep adj n v) [finished]
op an
op (adv prep adj n v) [awake] auf (adv prep adj n v) [awake]
op (prep adv) [being above and in contact with another] auf (prep adv) [being above and in contact with another]
op (prep adv) [being directly supported by another] auf (prep adv) [being directly supported by another]
op (o) [dimensie] auf (o) [dimensie]
op (adv prep adj n v) [standing] auf (adv prep adj n v) [standing]