Zoek woord de gewoonte aannemen om heeft 4 resultaten
Ga naar

NL DE Vertalingen voor de

de (article adv) [article] das (article adv) [article]
de (o) [bepaald lidwoord] das (o) [bepaald lidwoord]
de (adj v) [permitted to] fähig (adj v) [permitted to]
de (article adv) [article] der (article adv) [article]
de (o) [bepaald lidwoord] der (o) [bepaald lidwoord]
de (article adv) [stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention] der (article adv) [stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention]
de (article adv) [used with the name of a member of a class to refer to all things in that class] der (article adv) [used with the name of a member of a class to refer to all things in that class]
de (article adv) [article] die (article adv) [article]
de (o) [bepaald lidwoord] die (o) [bepaald lidwoord]
de (pronoun determiner) [the individual or group spoken/written to] du (pronoun determiner) [the individual or group spoken/written to]

NL DE Vertalingen voor gewoonte

gewoonte (n) [gebruik] {f} Angewohnheit (n) {f} [gebruik]
gewoonte (n) {f} Brauch (n) {m}
gewoonte (n) [gebruik] {f} Brauch (n) {m} [gebruik]
gewoonte (n adj v) [long-established practice] {f} Brauch (n adj v) {m} [long-established practice]
gewoonte (n) {f} Gewohnheit (n) {f}
gewoonte (n v) [an action done on a regular basis] {f} Gewohnheit (n v) {f} [an action done on a regular basis]
gewoonte (n) [gebruik] {f} Gewohnheit (n) {f} [gebruik]
gewoonte (n adj v) [habitual way of doing things] {f} Gewohnheit (n adj v) {f} [habitual way of doing things]
gewoonte (n) [gebruik] {f} Sitte (n) {f} [gebruik]
gewoonte (n adj v) [long-established practice] {f} Sitte (n adj v) {f} [long-established practice]

NL DE Vertalingen voor aannemen

aannemen (v) [accepteren] empfangen (v) [accepteren]
aannemen (v adj) [to receive officially] empfangen (v adj) [to receive officially]
aannemen (v) [accepteren] erhalten (v) [accepteren]
aannemen (v) [kind] adoptieren (v) [kind]
aannemen (v) [to take by choice into relationship, as, child, heir, friend, citizen] adoptieren (v) [to take by choice into relationship, as, child, heir, friend, citizen]
aannemen (v) [To begin to have or exhibit] annehmen (v) [To begin to have or exhibit]
aannemen (v) [accepteren] annehmen (v) [accepteren]
aannemen (v) [conclude; believe] annehmen (v) [conclude; believe]
aannemen (v) [feit] annehmen (v) [feit]
aannemen (v) [geloven] annehmen (v) [geloven]

NL DE Vertalingen voor om

om (prep adv adj) [on every side of] herum (prep adv adj) [on every side of]
om (o) [tijd] gegen (o) [tijd]
om (o) [algemeen] rundum (o) [algemeen]
om (o) [rond] rundum (o) [rond]
om (o) [algemeen] um (o) [algemeen]
om (prep adv adj) [on every side of] um (prep adv adj) [on every side of]
om (o) [rond] um (o) [rond]
om (o) [tijd] um (o) [tijd]
om (o) [algemeen] um ... herum (o) [algemeen]