Zoek woord zijn stem uitbrengen heeft 6 resultaten
NL Nederlands SV Zweeds
zijn stem uitbrengen (v) [politiek] utse (v) [politiek]
zijn stem uitbrengen (v) [politiek] välja (v) [politiek]
zijn stem uitbrengen (v) [politiek] välja in (v) [politiek]
zijn stem uitbrengen (v) [politiek] rösta (v) [politiek]
zijn stem uitbrengen (v) [politiek] votera (v) [politiek]
NL Nederlands SV Zweeds
zijn stem uitbrengen (v) [politiek] rösta in (v) [politiek]

NL SV Vertalingen voor zijn

zijn (v) [algemeen] {n} vara belägen (v) [algemeen]
zijn (v) [filosofie] {n} vara belägen (v) [filosofie]
zijn (v) [plaats] {n} vara belägen (v) [plaats]
zijn (v) [occupy a place] {n} ligga (v) [occupy a place]
zijn (v) [(archaic) used to form the perfect aspect with certain intransitive verbs] {n} vara (v) [(archaic) used to form the perfect aspect with certain intransitive verbs]
zijn (v) [algemeen] {n} vara (v) [algemeen]
zijn (v) [elliptical form of "be here", or similar] {n} vara (v) [elliptical form of "be here", or similar]
zijn (v) [filosofie] {n} vara (v) [filosofie]
zijn (v) [occupy a place] {n} vara (v) [occupy a place]
zijn (v) [occur, take place] {n} vara (v) [occur, take place]

NL SV Vertalingen voor stem

stem (n v) [formalised choice] {m} röstning (n v) [formalised choice] (u)
stem (n v) [opinion or choice expressed; judgment; a vote] {m} röst (n v) [opinion or choice expressed; judgment; a vote] (u)
stem (n v) [sound uttered by the mouth] {m} röst (n v) [sound uttered by the mouth] (u)
stem (n v) [sound uttered by the mouth] {m} stämma (n v) [sound uttered by the mouth]
stem (n v) [formalised choice] {m} omröstning (n v) [formalised choice]

NL SV Vertalingen voor uitbrengen

uitbrengen (v) [bioscoop - boeken] {n} visa (v) [bioscoop - boeken]
uitbrengen (v) [introduceren] {n} visa (v) [introduceren]
uitbrengen (v) [nieuws] {n} visa (v) [nieuws]
uitbrengen (v) [introduceren] {n} tillkännage (v) [introduceren]
uitbrengen (v) [nieuws] {n} tillkännage (v) [nieuws]
uitbrengen (v) [introduceren] {n} offentliggöra (v) [introduceren]
uitbrengen (v) [nieuws] {n} offentliggöra (v) [nieuws]
uitbrengen (v) [nieuws] {n} publicera (v) [nieuws]
uitbrengen (v) [introduceren] {n} avslöja (v) [introduceren]
uitbrengen (v) [nieuws] {n} avslöja (v) [nieuws]