Zoek woord zich goed gedragen heeft 2 resultaten
Ga naar
NL Nederlands SV Zweeds
zich goed gedragen (v) [gedrag] uppföra sig ordentligt (v) [gedrag]
zich goed gedragen (v) [gedrag] sköta sig (v) [gedrag]

NL SV Vertalingen voor zich

zich (v) [survive; to do well enough] klara sig (v) [survive; to do well enough]
zich (v) [to seize power] tillskansa sig (v) [to seize power]
zich (n v) [put on clothes] ta på sig (n v) [put on clothes]
zich (v n) [make a firm decision] besluta (v n) [make a firm decision]
zich (o) [wederkerend vnw. - enk.] er (o) [wederkerend vnw. - enk.]
zich (o) [wederkerend vnw. - enk. - beleefd] er (o) [wederkerend vnw. - enk. - beleefd]
zich (o) [wederkerend voornaamwoord] er (o) [wederkerend voornaamwoord]
zich (o) [wederkerend voornaamwoord - mv.] er (o) [wederkerend voornaamwoord - mv.]
zich (o) [wederkerend voornaamwoord - mv. - beleefd] er (o) [wederkerend voornaamwoord - mv. - beleefd]
zich (o) [wederkerend vnw. - enk.] eder (o) [wederkerend vnw. - enk.]

NL SV Vertalingen voor goed

goed (o) [interjectie] {n} nåväl (o) [interjectie]
goed (o) [interjectie] {n} nåja (o) [interjectie]
goed (a) [weer] {n} klar (a) [weer]
goed (o) [algemeen] {n} väl (o) [algemeen]
goed (o) [manier] {n} väl (o) [manier]
goed (o) [graad] {n} väl (o) [graad]
goed (a) [gedrag] {n} vänlig (a) [gedrag]
goed (a) [welwillend] {n} vänlig (a) [welwillend]
goed (a) [algemeen] {n} vacker (a) [algemeen]
goed (a) [bekwaamheid] {n} vacker (a) [bekwaamheid]

NL SV Vertalingen voor gedragen

gedragen (n v) [to behave in a certain way] uppföra sig (n v) [to behave in a certain way]
gedragen (n v) [to behave in a certain way] bete sig (n v) [to behave in a certain way]