Zoek woord zich ergeren over heeft 2 resultaten
Ga naar
NL Nederlands SV Zweeds
zich ergeren over (v) [gedrag] bli irriterad (v) [gedrag]
zich ergeren over (v) [gedrag] reta upp sig (v) [gedrag]

NL SV Vertalingen voor zich

zich (v) [survive; to do well enough] klara sig (v) [survive; to do well enough]
zich (v) [to seize power] tillskansa sig (v) [to seize power]
zich (n v) [put on clothes] ta på sig (n v) [put on clothes]
zich (v n) [make a firm decision] besluta (v n) [make a firm decision]
zich (o) [wederkerend vnw. - enk.] er (o) [wederkerend vnw. - enk.]
zich (o) [wederkerend vnw. - enk. - beleefd] er (o) [wederkerend vnw. - enk. - beleefd]
zich (o) [wederkerend voornaamwoord] er (o) [wederkerend voornaamwoord]
zich (o) [wederkerend voornaamwoord - mv.] er (o) [wederkerend voornaamwoord - mv.]
zich (o) [wederkerend voornaamwoord - mv. - beleefd] er (o) [wederkerend voornaamwoord - mv. - beleefd]
zich (o) [wederkerend vnw. - enk.] eder (o) [wederkerend vnw. - enk.]

NL SV Vertalingen voor ergeren

ergeren (v) [gevoelens] stöta (v) [gevoelens]
ergeren (v) [gevoelens] väcka anstöt hos (v) [gevoelens]
ergeren (v) [gedrag] reta (v) [gedrag]
ergeren (v) [irriteren] reta (v) [irriteren]
ergeren (v) [persoon] reta (v) [persoon]
ergeren (v) [gedrag] förarga (v) [gedrag]
ergeren (v) [irriteren] förarga (v) [irriteren]
ergeren (v) [gedrag] plåga (v) [gedrag]
ergeren (v) [gevoelstoestand] plåga (v) [gevoelstoestand]
ergeren (v) [irriteren] plåga (v) [irriteren]

NL SV Vertalingen voor over

over (o) [verband] beträffande (o) [verband]
over (prep adv adj) [concerning] angående (prep adv adj) [concerning]
over (o) [verband] angående (o) [verband]
over (o) [verband] med avseende på (o) [verband]
over (o) [algemeen] över (o) [algemeen]
over (o) [geld] över (o) [geld]
over (o) [overblijvend] över (o) [overblijvend]
over (o) [plaats] över (o) [plaats]
over (o) [richting] över (o) [richting]
over (o) [subject] över (o) [subject]