NL SV Nederlands Zweeds vertalingen voor voor het ogenblik
Zoek woord voor het ogenblik heeft 16 resultaten
Ga naar Nederlands » Zweeds
NL | Nederlands | SV | Zweeds | |
---|---|---|---|---|
voor het ogenblik (o) [tijd] | ögonblicklig (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | idag (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | nuförtiden (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | för närvarande (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | just nu (o) [tijd] |
NL | Nederlands | SV | Zweeds | |
---|---|---|---|---|
voor het ogenblik (o) [tijd] | för ögonblicket (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | för tillfället (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | tillfällig (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | provisoriskt (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | tills vidare (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | provisorisk (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | temporär (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | obeständig (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | ovaraktig (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | temporärt (o) [tijd] | |||
voor het ogenblik (o) [tijd] | tillfälligt (o) [tijd] |
NL SV Vertalingen voor voor
voor (o) [algemeen] {m} | för (o) [algemeen] | |||
voor (conj prep) [directed at, intended to belong to] {m} | för (conj prep) [directed at, intended to belong to] | |||
voor (o) [prijs] {m} | för (o) [prijs] | |||
voor (o) [ruil] {m} | för (o) [ruil] | |||
voor (conj prep) [supporting] {m} | för (conj prep) [supporting] | |||
voor (particle prep adv) [used to indicate purpose] {m} | för (particle prep adv) [used to indicate purpose] | |||
voor (o) [algemeen] {m} | till (o) [algemeen] | |||
voor (o) [plaats] {m} | till (o) [plaats] | |||
voor (o) [ruil] {m} | till (o) [ruil] | |||
voor (o) [tijd] {m} | till (o) [tijd] |
NL SV Vertalingen voor het
het (article adv) [article] | det (article adv) [article] | |||
het (o) [bepaald lidwoord] | det (o) [bepaald lidwoord] | |||
het (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] | det (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] | |||
het (o) [persoonlijk vnw. - onderwerp] | det (o) [persoonlijk vnw. - onderwerp] | |||
het (article adv) [stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention] | det (article adv) [stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention] | |||
het (article adv) [used as an alternative to a possessive pronoun before body parts] | det (article adv) [used as an alternative to a possessive pronoun before body parts] | |||
het (article adv) [with a superlative] | det (article adv) [with a superlative] | |||
het (article adv) [with an adjectival noun, as in “the hungry” to mean “hungry people”] | det (article adv) [with an adjectival noun, as in “the hungry” to mean “hungry people”] | |||
het (article adv) [article] | den (article adv) [article] | |||
het (o) [bepaald lidwoord] | den (o) [bepaald lidwoord] |
NL SV Vertalingen voor ogenblik
ogenblik (n) [periode] {n} | ögonblick (n) {n} [periode] | |||
ogenblik (n) [tijd] {n} | ögonblick (n) {n} [tijd] | |||
ogenblik {n} | moment {n} | |||
ogenblik {n} | momang |