Zoek woord uitspreiden heeft 17 resultaten
NL Nederlands SV Zweeds
uitspreiden (v) [vleugels] lägga ut (v) [vleugels]
uitspreiden (v) [verspreiden] utbreda (v) [verspreiden]
uitspreiden (v) [algemeen] spreta med (v) [algemeen]
uitspreiden (v) [verspreiden] sprida (v) [verspreiden]
uitspreiden (n) [to extend, stretch out (limbs etc)] sprida (n) [to extend, stretch out (limbs etc)]
NL Nederlands SV Zweeds
uitspreiden (v) [voorwerp] breda ut (v) [voorwerp]
uitspreiden (v) [vleugels] breda ut (v) [vleugels]
uitspreiden (v) [ten toon spreiden] breda ut (v) [ten toon spreiden]
uitspreiden (v) [voorwerp] lägga ut (v) [voorwerp]
uitspreiden (n) [to extend, stretch out (limbs etc)] sträcka (n) [to extend, stretch out (limbs etc)]
uitspreiden (v) [ten toon spreiden] lägga ut (v) [ten toon spreiden]
uitspreiden (v) [voorwerp] bre ut (v) [voorwerp]
uitspreiden (v) [vleugels] bre ut (v) [vleugels]
uitspreiden (v) [ten toon spreiden] bre ut (v) [ten toon spreiden]
uitspreiden (v) [voorwerp] spänna ut (v) [voorwerp]
uitspreiden (v) [vleugels] spänna ut (v) [vleugels]
uitspreiden (v) [ten toon spreiden] spänna ut (v) [ten toon spreiden]
NL Synoniemen voor uitspreiden SV Vertalingen
uitleggen [uitspreiden] förklara
openzetten [uitzetten] öppna
uitzetten [openzetten] utlämna