Zoek woord schieten heeft 22 resultaten
NL Nederlands SV Zweeds
schieten (v) [beweging] {n} störta iväg (v) [beweging]
schieten (n v) [intransitive: to shoot] {n} ge eld (n v) [intransitive: to shoot]
schieten (n v) [intransitive: to shoot] {n} avfyra (n v) [intransitive: to shoot]
schieten (n) [sport] {n} skytte (n) {n} [sport]
schieten (v n int) [to hit with a shot] {n} skjuta (v n int) [to hit with a shot]
NL Nederlands SV Zweeds
schieten (v n int) [to fire multiple shots] {n} skjuta (v n int) [to fire multiple shots]
schieten (v n int) [to fire a shot] {n} skjuta (v n int) [to fire a shot]
schieten (v) [geweer] {n} skjuta (v) [geweer]
schieten (v) [beweging] {n} skjuta (v) [beweging]
schieten (v) [geweer] {n} susa (v) [geweer]
schieten (v) [beweging] {n} susa (v) [beweging]
schieten (v) [beweging] {n} kila (v) [beweging]
schieten (v) [geweer] {n} flyga (v) [geweer]
schieten (v) [beweging] {n} flyga (v) [beweging]
schieten (n v) [kick] {n} sparka (n v) [kick]
schieten (v) [beweging] {n} rusa (v) [beweging]
schieten (v) [beweging] {n} skynda sig (v) [beweging]
schieten (v) [geweer] {n} träffa (v) [geweer]
schieten (v) [beweging] {n} träffa (v) [beweging]
schieten (v) [raket] {n} skjuta ut (v) [raket]
schieten (v) [raket] {n} skjuta upp (v) [raket]
schieten (v) [geweer] {n} kila (v) [geweer]