|
jaga
(v)
[förbrytare]
|
|
najagen
(v)
[förbrytare]
- nagejaagd
- jagen na
- jaagt na
- joeg na
- joegen na
|
|
|
jaga
(v)
[fånge]
|
|
najagen
(v)
[fånge]
- nagejaagd
- jagen na
- jaagt na
- joeg na
- joegen na
|
|
|
jaga
(v)
[djur]
|
|
najagen
(v)
[djur]
- nagejaagd
- jagen na
- jaagt na
- joeg na
- joegen na
|
|
|
jaga
(n v)
[to pursue, to follow at speed]
|
|
achternazitten
(n v)
[to pursue, to follow at speed]
- achternagezeten
- zitten achterna
- zit achterna
- zat achterna
- zaten achterna
|
|
|
jaga
(v)
[sport - jakt]
|
|
achternazitten
(v)
[sport - jakt]
- achternagezeten
- zitten achterna
- zit achterna
- zat achterna
- zaten achterna
|
|
|
jaga
(v)
[förföljande]
|
|
achternazitten
(v)
[förföljande]
- achternagezeten
- zitten achterna
- zit achterna
- zat achterna
- zaten achterna
|
|
|
jaga
(v)
[förbrytare]
|
|
achternazitten
(v)
[förbrytare]
- achternagezeten
- zitten achterna
- zit achterna
- zat achterna
- zaten achterna
|
|
|
jaga
(v)
[fånge]
|
|
achternazitten
(v)
[fånge]
- achternagezeten
- zitten achterna
- zit achterna
- zat achterna
- zaten achterna
|
|
|
jaga
(v)
[djur]
|
|
achternazitten
(v)
[djur]
- achternagezeten
- zitten achterna
- zit achterna
- zat achterna
- zaten achterna
|
|
|
jaga
(n v)
[to pursue, to follow at speed]
|
|
achtervolgen
(n v)
{n}
[to pursue, to follow at speed]
- achtervolgd
- achtervolgen
- achtervolgt
- achtervolgde
- achtervolgden
|
|
|
jaga
(v)
[djur]
|
|
op jacht gaan
(v)
[djur]
|
|
|
jaga
(v)
[förföljande]
|
|
achtervolgen
(v)
{n}
[förföljande]
- achtervolgd
- achtervolgen
- achtervolgt
- achtervolgde
- achtervolgden
|
|
|
jaga
(v)
[förbrytare]
|
|
achtervolgen
(v)
{n}
[förbrytare]
- achtervolgd
- achtervolgen
- achtervolgt
- achtervolgde
- achtervolgden
|
|
|
jaga
(v)
[fånge]
|
|
achtervolgen
(v)
{n}
[fånge]
- achtervolgd
- achtervolgen
- achtervolgt
- achtervolgde
- achtervolgden
|
|
|
jaga
(v)
[djur]
|
|
achtervolgen
(v)
{n}
[djur]
- achtervolgd
- achtervolgen
- achtervolgt
- achtervolgde
- achtervolgden
|
|
|
jaga
(v)
[sport - jakt]
|
|
jagen
(v)
[sport - jakt]
- gejaagd
- jagen
- jaagt
- joegen
- joeg
|
|
|
jaga
(v)
[förbrytare]
|
|
jagen
(v)
[förbrytare]
- gejaagd
- jagen
- jaagt
- joegen
- joeg
|
|
|
jaga
(v)
[djur]
|
|
jagen
(v)
[djur]
- gejaagd
- jagen
- jaagt
- joegen
- joeg
|
|
|
jaga
(v)
[sport - jakt]
|
|
vervolgen
(v)
[sport - jakt]
- vervolgd
- vervolgt
- vervolgen
- vervolgden
- vervolgde
|
|
|
jaga
(v)
[förbrytare]
|
|
vervolgen
(v)
[förbrytare]
- vervolgd
- vervolgt
- vervolgen
- vervolgden
- vervolgde
|
|
|
jaga
(v)
[fånge]
|
|
vervolgen
(v)
[fånge]
- vervolgd
- vervolgt
- vervolgen
- vervolgden
- vervolgde
|
|
|
jaga
(v)
[djur]
|
|
vervolgen
(v)
[djur]
- vervolgd
- vervolgt
- vervolgen
- vervolgden
- vervolgde
|
|
|
jaga
(v)
[djur]
|
|
azen op
(v)
[djur]
|
|
|
jaga
(v)
[sport - jakt]
|
|
op jacht gaan
(v)
[sport - jakt]
|
|
|
jaga
(v)
[förbrytare]
|
|
op jacht gaan
(v)
[förbrytare]
|
|