Zoek woord heel erg gelukkig heeft 8 resultaten
NL Nederlands SV Zweeds
heel erg gelukkig (a) [geestestoestand] hänförd (a) [geestestoestand]
heel erg gelukkig (a) [geestestoestand] extatisk (a) [geestestoestand]
heel erg gelukkig (a) [geestestoestand] hänryckt (a) [geestestoestand]
heel erg gelukkig (a) [geestestoestand] upprymd (a) [geestestoestand]
heel erg gelukkig (a) [geestestoestand] jublande glad (a) [geestestoestand]
NL Nederlands SV Zweeds
heel erg gelukkig (a) [geestestoestand] i glad stämning (a) [geestestoestand]
heel erg gelukkig (a) [geestestoestand] jublande (a) [geestestoestand]
heel erg gelukkig (a) [geestestoestand] triumferande (a) [geestestoestand]

NL SV Vertalingen voor heel

heel (adj adv n) [entire] hel (adj adv n) [entire]
heel (o) [graad] ytterst (o) [graad]
heel (o) [graad] i högsta grad (o) [graad]
heel (o) [graad] mycket (o) [graad]
heel (adj adv) [to a high degree] mycket (adj adv) [to a high degree]
heel (o) [graad] allvarligt (o) [graad]
heel (o) [graad] högeligen (o) [graad]
heel (adj adv) [to a high degree] väldigt (adj adv) [to a high degree]
heel (a) [hoeveelheid] hela (a) [hoeveelheid]

NL SV Vertalingen voor erg

erg (o) [graad] {n} förskräcklig (o) [graad]
erg (o) [graad] {n} hemsk (o) [graad]
erg (o) [graad] {n} förfärlig (o) [graad]
erg (o) [algemeen] {n} ytterst (o) [algemeen]
erg (o) [diep] {n} ytterst (o) [diep]
erg (o) [graad] {n} ytterst (o) [graad]
erg (o) [graad] {n} svår (o) [graad]
erg (o) [diep] {n} grov (o) [diep]
erg (o) [graad] {n} grov (o) [graad]
erg (o) [algemeen] {n} i högsta grad (o) [algemeen]

NL SV Vertalingen voor gelukkig

gelukkig (a) [algemeen] glad (a) [algemeen]
gelukkig (a) [gevoelstoestand] glad (a) [gevoelstoestand]
gelukkig (a) [gevoelstoestand] gladlynt (a) [gevoelstoestand]
gelukkig (a) [algemeen] nöjd (a) [algemeen]
gelukkig (a) [gevoelstoestand] nöjd (a) [gevoelstoestand]
gelukkig (a) [algemeen] belåten (a) [algemeen]
gelukkig (a) [gevoelstoestand] belåten (a) [gevoelstoestand]
gelukkig (a) [algemeen] förtjust (a) [algemeen]
gelukkig (a) [gevoelstoestand] förtjust (a) [gevoelstoestand]
gelukkig (a) [algemeen] tillfreds (a) [algemeen]