Zoek woord alleen maar heeft 8 resultaten
NL Nederlands SV Zweeds
alleen maar (o) [algemeen] uteslutande (o) [algemeen]
alleen maar (o) [slechts] uteslutande (o) [slechts]
alleen maar (o) [algemeen] bara (o) [algemeen]
alleen maar (o) [slechts] bara (o) [slechts]
alleen maar (o) [algemeen] endast (o) [algemeen]
NL Nederlands SV Zweeds
alleen maar (o) [slechts] endast (o) [slechts]
alleen maar (o) [algemeen] rent (o) [algemeen]
alleen maar (o) [slechts] rent (o) [slechts]

NL SV Vertalingen voor alleen

alleen (o) [algemeen] men (o) {n} [algemeen]
alleen (o) [enkel] men (o) {n} [enkel]
alleen (o) [uitsluitend] men (o) {n} [uitsluitend]
alleen (o) [ware het niet dat] men (o) {n} [ware het niet dat]
alleen (o) [algemeen] om det inte vore så att (o) [algemeen]
alleen (o) [enkel] om det inte vore så att (o) [enkel]
alleen (o) [uitsluitend] om det inte vore så att (o) [uitsluitend]
alleen (o) [ware het niet dat] om det inte vore så att (o) [ware het niet dat]
alleen (a) [afzonderlijk] ensam (a) [afzonderlijk]
alleen (adj adv) [by oneself] ensam (adj adv) [by oneself]

NL SV Vertalingen voor maar

maar (o) [algemeen] men (o) {n} [algemeen]
maar (prep adv conj n) [although] men (prep adv conj n) {n} [although]
maar (conj) [but] men (conj) {n} [but]
maar (o) [slechts] men (o) {n} [slechts]
maar (o) [toch] men (o) {n} [toch]
maar (o) [ware het niet dat] men (o) {n} [ware het niet dat]
maar (o) [algemeen] men ändå (o) [algemeen]
maar (o) [toch] men ändå (o) [toch]
maar (o) [ware het niet dat] men ändå (o) [ware het niet dat]
maar (o) [algemeen] emellertid (o) [algemeen]