Zoek woord afranselen heeft 14 resultaten
NL Nederlands SV Zweeds
afranselen (v) [afrossen] slå (v) [afrossen]
afranselen (v) [afrossen] piska (v) [afrossen]
afranselen (v) [ervan langs geven] klå upp (v) [ervan langs geven]
afranselen (v) [straf] klå upp (v) [straf]
afranselen (v) [ervan langs geven] ge stryk (v) [ervan langs geven]
NL Nederlands SV Zweeds
afranselen (v) [straf] ge stryk (v) [straf]
afranselen (v) [afrossen] prygla (v) [afrossen]
afranselen (v) [ervan langs geven] prygla (v) [ervan langs geven]
afranselen (v) [straf] prygla (v) [straf]
afranselen (v) [ervan langs geven] ge på pälsen (v) [ervan langs geven]
afranselen (v) [straf] ge på pälsen (v) [straf]
afranselen (v) [straf] daska till (v) [straf]
afranselen (v) [straf] ge smäll (v) [straf]
afranselen (v) [straf] klå (v) [straf]
NL Synoniemen voor afranselen SV Vertalingen
afkloppen [afrossen] peppar peppar
aframmelen [afrossen] ge smäll
aftuigen [afrossen] klå
mishandelen [afrossen] misshandla
slaan [afrossen] n slå
afdrogen [afrossen] torka av
in elkaar slaan [aftuigen] puckla på
toetakelen [afdrogen] klå