Zoek woord aanpakken heeft 18 resultaten
NL Nederlands SV Zweeds
aanpakken (v) [situatie] klara av (v) [situatie]
aanpakken (v) [algemeen] hugga i med (v) [algemeen]
aanpakken (v) [situatie] få bukt med (v) [situatie]
aanpakken (v) [persoon] få bukt med (v) [persoon]
aanpakken (v) [situatie] klara (v) [situatie]
NL Nederlands SV Zweeds
aanpakken (v) [persoon] klara (v) [persoon]
aanpakken (v) [situatie] tygla (v) [situatie]
aanpakken (v) [persoon] tygla (v) [persoon]
aanpakken (v) [mensen] tala ut med (v) [mensen]
aanpakken (v) [algemeen] ta itu med (v) [algemeen]
aanpakken (v) [probleem] klara av (v) [probleem]
aanpakken (v) [persoon] klara av (v) [persoon]
aanpakken (v) [situatie] tackla (v) [situatie]
aanpakken (v) [probleem] tackla (v) [probleem]
aanpakken (v) [algemeen] tackla (v) [algemeen]
aanpakken (v) [situatie] angripa (v) [situatie]
aanpakken (v) [probleem] angripa (v) [probleem]
aanpakken (v) [algemeen] angripa (v) [algemeen]
NL Synoniemen voor aanpakken SV Vertalingen
beginnen [ondernemen] embarcarse
wagen [ondernemen] m apostar {m}
op zich nemen [ondernemen] hacerse cargo de
aannemen [aanvaarden] crédito {m}
aanvaarden [nemen] crédito {m}
accepteren [nemen] aceptar
innen [nemen] recaudar
grijpen [aanvatten] agarrar
vastpakken [aanvatten] asir
openen [aanhangig maken] desbloquear
opzetten [aanhangig maken] disponer
starten [aanhangig maken] embarcarse
ontroeren [aangrijpen] conmover
treffen [aangrijpen] n acción {f}
beroeren [aangrijpen] tocar
aanvatten [aannemen] participar en
behandelen [benaderen] gestionar