Zoek woord weer naar beneden gaan heeft 2 resultaten
Ga naar
NL Nederlands PT Portugees
weer naar beneden gaan (v) [algemeen] baixar novamente (v) [algemeen]
weer naar beneden gaan (v) [algemeen] abaixar novamente (v) [algemeen]

NL PT Vertalingen voor weer

weer (adv prep) [another time] {n} de novo (adv prep) [another time]
weer (o) [nog eens] {n} de novo (o) [nog eens]
weer (o) [opnieuw] {n} de novo (o) [opnieuw]
weer (adv prep) [another time] {n} novamente (adv prep) [another time]
weer (o) [nog eens] {n} novamente (o) [nog eens]
weer (o) [opnieuw] {n} novamente (o) [opnieuw]
weer (o) [nog eens] {n} mais uma vez (o) [nog eens]
weer (o) [opnieuw] {n} mais uma vez (o) [opnieuw]
weer (adv prep) [another time] {n} outra vez (adv prep) [another time]
weer (o) [nog eens] {n} outra vez (o) [nog eens]

NL PT Vertalingen voor naar

naar (a) [gevoelens] desagradável (a) [gevoelens]
naar (a) [ruiken] desagradável (a) [ruiken]
naar (adj adv n v) [tricky; stressful; unpleasant] desagradável (adj adv n v) [tricky; stressful; unpleasant]
naar (a) [verwachting] desagradável (a) [verwachting]
naar (a) [geneeskunde] indisposto (a) [geneeskunde]
naar (a) [gevoelens] horrível (a) [gevoelens]
naar (a) [ruiken] horrível (a) [ruiken]
naar (a) [verwachting] cruel (a) [verwachting]
naar (o) [algemeen] para (o) [algemeen]
naar (o) [bestemming] para (o) [bestemming]

NL PT Vertalingen voor beneden

beneden (o) [gebouw] para baixo (o) [gebouw]
beneden (adv prep) [below or underneath] abaixo (adv prep) [below or underneath]
beneden (o) [bijwoord] abaixo (o) [bijwoord]
beneden (o) [gebouw] abaixo (o) [gebouw]
beneden (o) [positie] abaixo (o) [positie]
beneden (adv prep) [below or underneath] embaixo (adv prep) [below or underneath]
beneden (o) [bijwoord] embaixo (o) [bijwoord]
beneden (adj adv n) [downstairs (adverb)] embaixo (adj adv n) [downstairs (adverb)]
beneden (o) [gebouw] embaixo (o) [gebouw]
beneden (o) [positie] embaixo (o) [positie]

NL PT Vertalingen voor gaan

gaan (v n) [to change direction] virar (v n) [to change direction]
gaan (v) [algemeen] partir (v) [algemeen]
gaan (v) [fysische activiteit] partir (v) [fysische activiteit]
gaan (v) [vertrek] partir (v) [vertrek]
gaan (v) [algemeen] seguir (v) [algemeen]
gaan (v) [fysische activiteit] seguir (v) [fysische activiteit]
gaan (v) [vertrek] seguir (v) [vertrek]
gaan (v) [algemeen] ir (v) [algemeen]
gaan (v) [fysische activiteit] ir (v) [fysische activiteit]
gaan (v) [reizen] ir (v) [reizen]