NL PT Nederlands Portugees vertalingen voor kijken naar
Zoek woord kijken naar heeft 7 resultaten
Ga naar Nederlands » Portugees
NL | Nederlands | PT | Portugees | |
---|---|---|---|---|
kijken naar (o) [aandacht] | examinar (o) [aandacht] | |||
kijken naar (v) [algemeen] | olhar (v) {m} [algemeen] | |||
kijken naar (v) [persoon] | olhar (v) {m} [persoon] | |||
kijken naar (v) [algemeen] | encarar (v) [algemeen] | |||
kijken naar (v) [persoon] | encarar (v) [persoon] |
NL | Nederlands | PT | Portugees | |
---|---|---|---|---|
kijken naar (v) [algemeen] | ver (v) [algemeen] | |||
kijken naar (v) [persoon] | ver (v) [persoon] |
NL PT Vertalingen voor kijken
kijken (v) [algemeen] | olhar (v) {m} [algemeen] | |||
kijken (v) [televisie] | olhar (v) {m} [televisie] | |||
kijken (v) [algemeen] | ver (v) [algemeen] | |||
kijken (v) [televisie] | ver (v) [televisie] | |||
kijken (n v) [to look at] | ver (n v) [to look at] | |||
kijken (n v) [to look at for a period of time] | ver (n v) [to look at for a period of time] | |||
kijken (v) [algemeen] | assistir (v) [algemeen] | |||
kijken (v) [televisie] | assistir (v) [televisie] | |||
kijken (n v) [to look at for a period of time] | assistir (n v) [to look at for a period of time] |
NL PT Vertalingen voor naar
naar (a) [gevoelens] | desagradável (a) [gevoelens] | |||
naar (a) [ruiken] | desagradável (a) [ruiken] | |||
naar (adj adv n v) [tricky; stressful; unpleasant] | desagradável (adj adv n v) [tricky; stressful; unpleasant] | |||
naar (a) [verwachting] | desagradável (a) [verwachting] | |||
naar (a) [geneeskunde] | indisposto (a) [geneeskunde] | |||
naar (a) [gevoelens] | horrível (a) [gevoelens] | |||
naar (a) [ruiken] | horrível (a) [ruiken] | |||
naar (a) [verwachting] | cruel (a) [verwachting] | |||
naar (o) [algemeen] | para (o) [algemeen] | |||
naar (o) [bestemming] | para (o) [bestemming] |
NL | Synoniemen voor kijken naar | PT | Vertalingen | |
---|---|---|---|---|
beloeren [bekijken] | bisbilhotar | |||
bezichtigen [bekijken] | ver | |||
bezien [bekijken] | olhar {m} | |||
gadeslaan [bekijken] | comer com os olhos | |||
observeren [bekijken] | examinar | |||
opnemen [bekijken] n | retirar | |||
waarnemen [bekijken] | sentir | |||
inspecteren [bekijken] | examinar | |||
bijhouden [volgen] | tomar nota de | |||
volgen [bijhouden] | seguir | |||
bekijken [beloeren] | examinar |