NL PT Nederlands Portugees vertalingen voor houden voor
Zoek woord houden voor heeft 14 resultaten
Ga naar Nederlands » Portugees
NL | Nederlands | PT | Portugees | |
---|---|---|---|---|
houden voor (v) [algemeen] | considerar (v) [algemeen] | |||
houden voor (v) [beschouwen als] | considerar (v) [beschouwen als] | |||
houden voor (v) [algemeen] | supor (v) [algemeen] | |||
houden voor (v) [beschouwen als] | supor (v) [beschouwen als] | |||
houden voor (v) [algemeen] | crer (v) [algemeen] |
NL | Nederlands | PT | Portugees | |
---|---|---|---|---|
houden voor (v) [beschouwen als] | crer (v) [beschouwen als] | |||
houden voor (v) [algemeen] | ver como (v) [algemeen] | |||
houden voor (v) [beschouwen als] | ver como (v) [beschouwen als] | |||
houden voor (v) [algemeen] | tomar como (v) [algemeen] | |||
houden voor (v) [beschouwen als] | tomar como (v) [beschouwen als] | |||
houden voor (v) [algemeen] | achar (v) [algemeen] | |||
houden voor (v) [beschouwen als] | achar (v) [beschouwen als] | |||
houden voor (v) [algemeen] | julgar (v) [algemeen] | |||
houden voor (v) [beschouwen als] | julgar (v) [beschouwen als] |
NL PT Vertalingen voor houden
houden (v) [algemeen] | segurar (v) [algemeen] | |||
houden (v) [positie] | segurar (v) [positie] | |||
houden (v) [toespraak] | segurar (v) [toespraak] | |||
houden (v) [algemeen] | fazer (v) [algemeen] | |||
houden (v) [positie] | fazer (v) [positie] | |||
houden (v) [toespraak] | fazer (v) [toespraak] | |||
houden (v) [algemeen] | manter (v) [algemeen] | |||
houden (v) [beroep] | manter (v) [beroep] | |||
houden (v) [positie] | manter (v) [positie] | |||
houden (v) [toespraak] | manter (v) [toespraak] |
NL PT Vertalingen voor voor
voor (o) [algemeen] {m} | para (o) [algemeen] | |||
voor (conj prep) [directed at, intended to belong to] {m} | para (conj prep) [directed at, intended to belong to] | |||
voor (o) [plaats] {m} | para (o) [plaats] | |||
voor (o) [ruil] {m} | para (o) [ruil] | |||
voor (o) [tijd] {m} | para (o) [tijd] | |||
voor (o) [algemeen] {m} | por (o) [algemeen] | |||
voor (prep conj) [in exchange for] {m} | por (prep conj) [in exchange for] | |||
voor (conj prep) [over a period of time] {m} | por (conj prep) [over a period of time] | |||
voor (o) [prijs] {m} | por (o) [prijs] | |||
voor (o) [ruil] {m} | por (o) [ruil] |
NL | Synoniemen voor houden voor | PT | Vertalingen | |
---|---|---|---|---|
schatten [beschouwen] | estimar | |||
achten [aanzien] | julgar | |||
houden [aanzien] | ter | |||
aanzien [houden] n | status {m} | |||
beoordelen [inzien] | criticar | |||
beschouwen [schatten] | estimar | |||
inzien [beoordelen] | dar-se conta de |