Zoek woord fout heeft 74 resultaten
NL Nederlands IT Italiaans
fout (n) [tekort] {m} demerito (n) {m} [tekort]
fout (o) [verkeerd] {m} scorrettamente (o) [verkeerd]
fout (n) [voorwerpen] {m} sbaglio (n) {m} [voorwerpen]
fout (n) [vergissing] {m} sbaglio (n) {m} [vergissing]
fout (n) [tekort] {m} sbaglio (n) {m} [tekort]
NL Nederlands IT Italiaans
fout (n v) [mistake] {m} sbaglio (n v) {m} [mistake]
fout (n) [karakter] {m} sbaglio (n) {m} [karakter]
fout (n) [gebrek] {m} sbaglio (n) {m} [gebrek]
fout (n) [voorwerpen] {m} demerito (n) {m} [voorwerpen]
fout (n) [vergissing] {m} demerito (n) {m} [vergissing]
fout (o) [verkeerd] {m} non bene (o) [verkeerd]
fout (n) [karakter] {m} demerito (n) {m} [karakter]
fout (n) [gebrek] {m} demerito (n) {m} [gebrek]
fout (n) [voorwerpen] {m} manchevolezza (n) {f} [voorwerpen]
fout (n) [vergissing] {m} manchevolezza (n) {f} [vergissing]
fout (n) [tekort] {m} manchevolezza (n) {f} [tekort]
fout (n) [karakter] {m} manchevolezza (n) {f} [karakter]
fout (n) [gebrek] {m} manchevolezza (n) {f} [gebrek]
fout (adj adv n v) [incorrect] {m} sbagliato (adj adv n v) [incorrect]
fout (a) [antwoord] {m} incorretto (a) [antwoord]
fout (adj adv n v) [incorrect] {m} erroneo (adj adv n v) [incorrect]
fout (o) [plan] {m} a monte (o) [plan]
fout (n) [persoon] {m} colpa (n) {f} [persoon]
fout (n v) [mistake or error] {m} colpa (n v) {f} [mistake or error]
fout (n) [state or condition of opposite success] {m} avaria (n) {f} [state or condition of opposite success]
fout (adj) [untrue, not factual, wrong] {m} bugiardo (adj) {m} [untrue, not factual, wrong]
fout (n) [state or condition of opposite success] {m} insuccesso (n) {m} [state or condition of opposite success]
fout (a) [incorrect] {m} incorretto (a) [incorrect]
fout (a) [incorrect] {m} sbagliato (a) [incorrect]
fout (adj adv n v) [incorrect] {m} scorretto (adj adv n v) [incorrect]
fout (a) [incorrect] {m} scorretto (a) [incorrect]
fout (a) [antwoord] {m} scorretto (a) [antwoord]
fout (adj) [untrue, not factual, wrong] {m} errato (adj) [untrue, not factual, wrong]
fout (adj adv n v) [incorrect] {m} errato (adj adv n v) [incorrect]
fout (a) [incorrect] {m} errato (a) [incorrect]
fout (a) [idee] {m} errato (a) [idee]
fout (a) [antwoord] {m} errato (a) [antwoord]
fout (adj) [untrue, not factual, wrong] {m} falso (adj) {m} [untrue, not factual, wrong]
fout (n) [gebrek] {m} fallo (n) {m} [gebrek]
fout (n) [voorwerpen] {m} difetto (n) {m} [voorwerpen]
fout (n) [vergissing] {m} difetto (n) {m} [vergissing]
fout (n) [tekort] {m} difetto (n) {m} [tekort]
fout (n) [karakter] {m} difetto (n) {m} [karakter]
fout (n) [gebrek] {m} difetto (n) {m} [gebrek]
fout (n) [karakter] {m} fragilità (n) {f} [karakter]
fout (o) [verkeerd] {m} male (o) {m} [verkeerd]
fout (o) [plan] {m} male (o) {m} [plan]
fout (n) [karakter] {m} fallo (n) {m} [karakter]
fout (n) [state or condition of opposite success] {m} fiasco (n) {m} [state or condition of opposite success]
fout (n) [state or condition of opposite success] {m} fallimento (n) {m} [state or condition of opposite success]
fout (n) [voorwerpen] {m} errore (n) {m} [voorwerpen]
fout (n) [vergissing] {m} errore (n) {m} [vergissing]
fout (n) [tekort] {m} errore (n) {m} [tekort]
fout (n v) [mistake] {m} errore (n v) {m} [mistake]
fout (n) [karakter] {m} errore (n) {m} [karakter]
fout (n) [gebrek] {m} errore (n) {m} [gebrek]
fout (n) [gebrek] {m} pecca (n) {f} [gebrek]
fout (a) [idee] {m} sbagliato (a) [idee]
fout (a) [antwoord] {m} sbagliato (a) [antwoord]
fout (v) [make a mistake] {m} errare (v) [make a mistake]
fout (v) [make a mistake] {m} sbagliare (v) [make a mistake]
fout (n) [voorwerpen] {m} pecca (n) {f} [voorwerpen]
fout (n) [vergissing] {m} pecca (n) {f} [vergissing]
fout (n) [tekort] {m} pecca (n) {f} [tekort]
fout (n) [karakter] {m} pecca (n) {f} [karakter]
fout (n v) [difference between a measured or calculated value and a true one] {m} errore (n v) {m} [difference between a measured or calculated value and a true one]
fout (n) [voorwerpen] {m} imperfezione (n) {f} [voorwerpen]
fout (n) [vergissing] {m} imperfezione (n) {f} [vergissing]
fout (n) [tekort] {m} imperfezione (n) {f} [tekort]
fout (n) [karakter] {m} imperfezione (n) {f} [karakter]
fout (n) [gebrek] {m} imperfezione (n) {f} [gebrek]
fout (n) [voorwerpen] {m} fallo (n) {m} [voorwerpen]
fout (n) [vergissing] {m} fallo (n) {m} [vergissing]
fout (n) [tekort] {m} fallo (n) {m} [tekort]
NL Synoniemen voor fout IT Vertalingen
onjuist [verkeerd] непра́вильный (adj adv)
ongewenst [verkeerd] нежела́тельный (adj n)
mankement [euvel] поврежде́ние (n)
vergissing [dwaling] f оши́бка (n v)
verkeerd [slecht] не та́к (adj adv n v)
foutief [abuis] не та́к (adj adv n v)
mis [abuis] m неиспра́вный (adj adv n v)
onjuistheid [afwijking] f оши́бка (n v)
tekortkoming [feil] f изъя́н (n v)