Zoek woord Dominio di primo livello heeft eén resultaat
Ga naar

IT NL Vertalingen voor dominio

dominio (n) [conoscenza] {m} sfeer (n) {m} [conoscenza]
dominio (n) [conoscenza] {m} domein (n) {n} [conoscenza]
dominio (n) [diritto] {m} domein (n) {n} [diritto]
dominio (n) [geographic area owned or controlled by a single person or organization] {m} domein (n) {n} [geographic area owned or controlled by a single person or organization]
dominio (n) [regola] {m} gezag (n) {n} [regola]
dominio (n) [conoscenza] {m} terrein (n) {n} [conoscenza]
dominio (n) [dominazione] {m} overheersing (n) {f} [dominazione]
dominio (n) [dominazione] {m} dominantie (n) {f} [dominazione]
dominio (n) [supremazia] {m} dominantie (n) {f} [supremazia]
dominio (n) [dominazione] {m} controle (n) {m} [dominazione]

IT NL Vertalingen voor di

di (a) [generale] net (a) {n} [generale]
di (conj prep adv) [Introduces a comparison] dan (conj prep adv) [Introduces a comparison]
di (o) [soggetto] betreffende (o) [soggetto]
di (o) [su] betreffende (o) [su]
di (o) [soggetto] omtrent (o) [soggetto]
di (o) [su] omtrent (o) [su]
di (o) [soggetto] over (o) [soggetto]
di (o) [su] over (o) [su]
di (o) [soggetto] met betrekking tot (o) [soggetto]
di (o) [su] met betrekking tot (o) [su]

IT NL Vertalingen voor primo

primo (a) [causa] {m} onmiddellijk (a) [causa]
primo (a) [importanza] {m} hoofd- (a) [importanza]
primo (adj n) [first of aforementioned two items] {m} deze (adj n) [first of aforementioned two items]
primo (a) [causa] {m} direct (a) [causa]
primo (a) [importanza] {m} eerst (a) [importanza]
primo (adj adv n) [numeral first] {m} eerst (adj adv n) [numeral first]
primo (a) [importanza] {m} voornaamste (a) [importanza]
primo (a) [importanza] {m} primair (a) [importanza]
primo (a) [numero ordinale] {m} eerste (a) [numero ordinale]
primo (o) [numero ordinale] {m} eerste (o) [numero ordinale]

IT NL Vertalingen voor livello

livello (n) [grado] {m} hoogte (n) {f} [grado]
livello (n) [qualità] {m} hoogte (n) {f} [qualità]
livello (n) [acqua] {m} standaard (n) {m} [acqua]
livello (n adj) [level of quality] {m} standaard (n adj) {m} [level of quality]
livello (n) [qualità] {m} standaard (n) {m} [qualità]
livello (n) [grado] {m} graad (n) {m} [grado]
livello (n) [qualità] {m} graad (n) {m} [qualità]
livello (n) [grado] {m} intensiteit (n) {f} [grado]
livello (n) [qualità] {m} intensiteit (n) {f} [qualità]
livello (n) [acqua] {m} niveau (n) {n} [acqua]