avere la previdenza di vertaling - Nederlands Italiaans vertaling voor avere la previdenza di

Woxikon / Woordenboek / Nederlands Italiaans / A / avere la previdenza di

Zoek woord avere la previdenza di heeft 3 resultaten

Ga naar

IT	Italiaans	NL	Nederlands
	avere la previdenza di (v) [futuro]		er van tevoren aan denken om (v) [futuro]
	avere la previdenza di (o) [futuro]		de voorzorg nemen om (o) [futuro]
	avere la previdenza di (o) [futuro]		van tevoren aan denken om (o) [futuro]

IT NL Vertalingen voor avere

	avere (v) [chirurgia] avendo avrai avuto avranno avuto		ondergaan (v) [chirurgia] ondergaan ondergaat ondergaan ondergingen onderging
	avere (v) [problema] avendo avrai avuto avranno avuto		mankeren (v) [problema] gemankeerd mankeren mankeert mankeerden mankeerde
	avere (v) [problema] avendo avrai avuto avranno avuto		schelen (v) [problema] gescheeld schelen scheelden
	avere (v) [generale] avendo avrai avuto avranno avuto		hebben (v) [generale] gehad hebben hebt had hadden
	avere (v) [profitto] avendo avrai avuto avranno avuto		maken (v) [profitto] gemaakt maken maakt maakte maakten

IT NL Vertalingen voor la

	là (o) [destinazione]		daar (o) [destinazione]
	là (o) [generale]		daar (o) [generale]
	là (adv int n pronoun) [in or at that place]		daar (adv int n pronoun) [in or at that place]
	là (o) [luogo]		daar (o) [luogo]
	là (o) [destinazione]		aldaar (o) [destinazione]
	là (o) [luogo]		aldaar (o) [luogo]
	là (o) [destinazione]		op die plaats (o) [destinazione]
	là (o) [luogo]		op die plaats (o) [luogo]
	là (o) [luogo]		dit (o) [luogo]
	là (o) [luogo]		deze plaats (o) [luogo]

IT NL Vertalingen voor previdenza

	previdenza (n) [futuro] {f}		voorkennis (n) {f} [futuro]
	previdenza (n) [futuro] {f}		vooruitziendheid (n) {f} [futuro]

IT NL Vertalingen voor di

	di (a) [generale]		net (a) {n} [generale]
	di (conj prep adv) [Introduces a comparison]		dan (conj prep adv) [Introduces a comparison]
	di (o) [soggetto]		betreffende (o) [soggetto]
	di (o) [su]		betreffende (o) [su]
	di (o) [soggetto]		omtrent (o) [soggetto]
	di (o) [su]		omtrent (o) [su]
	di (o) [soggetto]		over (o) [soggetto]
	di (o) [su]		over (o) [su]
	di (o) [soggetto]		met betrekking tot (o) [soggetto]
	di (o) [su]		met betrekking tot (o) [su]