Woxikon / Woordenboek / Nederlands Frans / J / Jeu de tir subjectif tactique

NL FR Nederlands Frans vertalingen voor Jeu de tir subjectif tactique

Zoek woord Jeu de tir subjectif tactique heeft eén resultaat
Ga naar

FR NL Vertalingen voor jeu

jeu (n) [théâtre] {m} acteren (n) {n} [théâtre]
jeu (n) [général] {m} spelen (n) {n} [général]
jeu (n) [jeux - cartes] {m} speelruimte (n) {m} [jeux - cartes]
jeu (n) [sports] {m} speelruimte (n) {m} [sports]
jeu (n) [technique] {m} speelruimte (n) {m} [technique]
jeu (n) [outils] {m} stel (n) {n} [outils]
jeu (n adj v) [contest between two individuals or teams] {m} wedstrijd (n adj v) {m} [contest between two individuals or teams]
jeu (n) [jeux - cartes] {m} wedstrijd (n) {m} [jeux - cartes]
jeu (n) [sports] {m} wedstrijd (n) {m} [sports]
jeu (n) [technique] {m} wedstrijd (n) {m} [technique]

FR NL Vertalingen voor de

de (o) [comparaison] dan (o) [comparaison]
de (o) [concernant] betreffende (o) [concernant]
de (o) [concernant] omtrent (o) [concernant]
de (prep adv adj) [concerning] over (prep adv adj) [concerning]
de (o) [concernant] met betrekking tot (o) [concernant]
de (prep adv adj) [concerning] in verband met (prep adv adj) [concerning]
de (prep adv adj n) [indicates creator of a work] vanwege (prep adv adj n) [indicates creator of a work]
de van
de (o) [général] van (o) [général]
de (o) [lieu] van (o) [lieu]

FR NL Vertalingen voor tir

tir (n) [sports] {m} schieten (n) {n} [sports]
tir (n) [sports - football - football américain] {m} trap (n) {m} [sports - football - football américain]
tir (n) [sports] {m} schietsport (n) {m} [sports]
tir (n) [sport - tir] {m} schietbaan (n) {m} [sport - tir]
tir (n) [sport - tir] {m} schietterrein (n) {n} [sport - tir]
tir (adj n int) [launching of a ball or similar object toward a goal] {m} schot (adj n int) {n} [launching of a ball or similar object toward a goal]
tir (adj n int) [result of launching a projectile] {m} schot (adj n int) {n} [result of launching a projectile]
tir (n) [sports - football - football américain] {m} schot (n) {n} [sports - football - football américain]
tir (n) [instance of shooting] {m} schietpartij (n) [instance of shooting] (n)

FR NL Vertalingen voor subjectif

subjectif (adj) [based upon subjective feelings or intuition] subjectief (adj) [based upon subjective feelings or intuition]
subjectif (a) [jugement] subjectief (a) [jugement]
subjectif (a) [sentiments] subjectief (a) [sentiments]

FR NL Vertalingen voor tactique

tactique (a) [conduite] {f} berekend (a) [conduite]
tactique (a) [conduite] {f} diplomatiek (a) [conduite]
tactique (a) [conduite] {f} tactvol (a) [conduite]
tactique (a) [conduite] {f} als een staatsman (a) [conduite]
tactique (a) [conduite] {f} discreet (a) [conduite]
tactique (a) [conduite] {f} fijngevoelig (a) [conduite]
tactique (n adj) [action to achieve some end] {f} tactiek (n adj) {f} [action to achieve some end]
tactique (n) [général] {f} tactiek (n) {f} [général]
tactique (n) [militaire] {f} tactiek (n) {f} [militaire]
tactique (n) [the employment of forces] {f} tactiek (n) {f} [the employment of forces]