Zoek woord zich beroepen op heeft 13 resultaten
NL Nederlands ES Spaans
zich beroepen op (v) [excuseren] alegar (v) [excuseren]
zich beroepen op (v) [persoon] invocar (v) [persoon]
zich beroepen op (v) [rechten] invocar (v) [rechten]
zich beroepen op (v) [wetten] invocar (v) [wetten]
zich beroepen op (v) [persoon] apelar a (v) [persoon]
NL Nederlands ES Spaans
zich beroepen op (v) [rechten] apelar a (v) [rechten]
zich beroepen op (v) [wetten] apelar a (v) [wetten]
zich beroepen op (v) [persoon] recurrir a (v) [persoon]
zich beroepen op (v) [rechten] recurrir a (v) [rechten]
zich beroepen op (v) [wetten] recurrir a (v) [wetten]
zich beroepen op (v) [persoon] acudir a (v) [persoon]
zich beroepen op (v) [rechten] acudir a (v) [rechten]
zich beroepen op (v) [wetten] acudir a (v) [wetten]

NL ES Vertalingen voor zich

zich (v) [to seize power] usurpar (v) [to seize power]
zich (v n) [make a firm decision] resolver (v n) [make a firm decision]
zich (o) [wederkerend voornaamwoord - mv.] os (o) [wederkerend voornaamwoord - mv.]
zich (o) [wederkerend vnw. - enk.] se (o) [wederkerend vnw. - enk.]
zich (o) [wederkerend vnw. - enk. - beleefd] se (o) [wederkerend vnw. - enk. - beleefd]
zich (o) [wederkerend voornaamwoord] se (o) [wederkerend voornaamwoord]
zich (o) [wederkerend voornaamwoord - mv. - beleefd] se (o) [wederkerend voornaamwoord - mv. - beleefd]
zich (v n) [to remove hair from one's face] afeitarse (v n) [to remove hair from one's face]
zich (o) [wederkerend vnw. - enk.] se ... a sí mismo (o) [wederkerend vnw. - enk.]
zich (o) [wederkerend vnw. - enk. - beleefd] se ... a sí mismo (o) [wederkerend vnw. - enk. - beleefd]

NL ES Vertalingen voor op

op (adv prep adj n v) [finished] terminado (adv prep adj n v) [finished]
op (adv prep adj n v) [finished] acabado (adv prep adj n v) {m} [finished]
op (prep) [mathematics: considering all members of an equivalence class the same] salvo (prep) [mathematics: considering all members of an equivalence class the same]
op (o) [algemeen] a (o) [algemeen]
op (o) [dimensie] a (o) [dimensie]
op (o) [nabijheid] a (o) [nabijheid]
op (o) [ter ere van] a (o) [ter ere van]
op (o) [voorzetsel] a (o) [voorzetsel]
op (o) [wakker] a (o) [wakker]
op (n v) [to spend or take a vacation] vacacionar (n v) [to spend or take a vacation] (n v)