Zoek woord varen heeft 5 resultaten
Ga naar
NL Nederlands ES Spaans
varen (n) [plant] {m} helecho (n) {m} [plant]
varen (n) [plantkunde] {m} helecho (n) {m} [plantkunde]
varen (n v) [to travel] {m} viajar (n v) [to travel]
varen (v) [nautisch] {m} navegar (v) [nautisch]
varen (n v) [to sail] {m} navegar (n v) [to sail]
NL Synoniemen voor varen ES Vertalingen
zeilen [stevenen] n navegación {f}
navigeren [kanoën] pilotear
roeien [kanoën] remar
vergaan [het maken] descomponerse
verlopen [het maken] caducar
vorderen [het maken] progresar