Woxikon / Woordenboek / Nederlands Spaans / T / Titulatuur in het Nederlands hoger onderwijs

NL ES Nederlands Spaans vertalingen voor Titulatuur in het Nederlands hoger onderwijs

Zoek woord Titulatuur in het Nederlands hoger onderwijs heeft eén resultaat
Ga naar

NL ES Vertalingen voor titulatuur

NL ES Vertalingen voor in

in (o) [in elk] a (o) [in elk]
in (o) [nabijheid] a (o) [nabijheid]
in (o) [richting] a (o) [richting]
in (o) [voorzetsel] a (o) [voorzetsel]
in (o) [in elk] por (o) [in elk]
in (o) [nabijheid] por (o) [nabijheid]
in (o) [richting] por (o) [richting]
in (o) [voorzetsel] por (o) [voorzetsel]
in en
in (o) [in elk] en (o) [in elk]

NL ES Vertalingen voor het

het el
het (article adv) [article] el (article adv) [article]
het (o) [bepaald lidwoord] el (o) [bepaald lidwoord]
het (article adv) [used as an alternative to a possessive pronoun before body parts] el (article adv) [used as an alternative to a possessive pronoun before body parts]
het (article adv) [used with the name of a member of a class to refer to all things in that class] el (article adv) [used with the name of a member of a class to refer to all things in that class]
het (article adv) [with a superlative] el (article adv) [with a superlative]
het (v int) [to endeavor to gain someone's affection] jotear (v int) [to endeavor to gain someone's affection] (v int)
het (article adv) [article] la (article adv) [article]
het (o) [bepaald lidwoord] la (o) [bepaald lidwoord]
het (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] la (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw.]

NL ES Vertalingen voor nederlands

Nederlands (a) [algemeen] {n} holandés (a) {m} [algemeen]
Nederlands (adj proper) [of the Netherlands, people, or language] {n} holandés (adj proper) {m} [of the Netherlands, people, or language]
Nederlands (n) [taal] {n} holandés (n) {m} [taal]
Nederlands (adj proper) [the Dutch language] {n} holandés (adj proper) {m} [the Dutch language]
Nederlands {n} neerlandés
Nederlands (adj proper) [of the Netherlands, people, or language] {n} neerlandés (adj proper) [of the Netherlands, people, or language]
Nederlands (adj proper) [the Dutch language] {n} neerlandés (adj proper) [the Dutch language]
Nederlands {n} Idioma neerlandés
Nederlands {n} holandés {m}

NL ES Vertalingen voor hoger

hoger (o) [hoeveelheid] mayor (o) [hoeveelheid]
hoger (o) [carrière] más alto (o) [carrière]
hoger (o) [positie] más alto (o) [positie]
hoger (a) [snelheid] más alto (a) [snelheid]
hoger (o) [positie] arriba (o) [positie]
hoger (a) [studie] avanzado (a) [studie]
hoger (a) [studie] adelantado (a) [studie]
hoger (o) [carrière] superior (o) [carrière]
hoger (a) [positie] superior (a) [positie]
hoger (o) [positie] superior (o) [positie]

NL ES Vertalingen voor onderwijs

onderwijs (n) [algemeen] {n} instrucción (n) {f} [algemeen]
onderwijs (n) [scholen - universiteiten] {n} instrucción (n) {f} [scholen - universiteiten]
onderwijs (n) [algemeen] {n} enseñanza (n) {f} [algemeen]
onderwijs (n) [scholen - universiteiten] {n} enseñanza (n) {f} [scholen - universiteiten]
onderwijs {n} educación {f}
onderwijs (n) [process or art of imparting knowledge, skill and judgment] {n} educación (n) {f} [process or art of imparting knowledge, skill and judgment]