Zoek woord schoonmaken heeft 15 resultaten
NL Nederlands ES Spaans
schoonmaken (adj n v adv) [(transitive) to remove dirt from a place or object] {n} limpiar (adj n v adv) [(transitive) to remove dirt from a place or object]
schoonmaken (v) [algemeen] {n} limpiar (v) [algemeen]
schoonmaken (v) [clean, purify] {n} limpiar (v) [clean, purify]
schoonmaken (v) [algemeen] {n} arreglar (v) [algemeen]
schoonmaken (v) [algemeen] {n} pulir (v) [algemeen]
NL Nederlands ES Spaans
schoonmaken (v) [algemeen] {n} vaciar (v) [algemeen]
schoonmaken (v) [algemeen] {n} dejar vacío (v) [algemeen]
schoonmaken (v) [algemeen] {n} poner en orden (v) [algemeen]
schoonmaken (v) [algemeen] {n} asear (v) [algemeen]
schoonmaken (n) [algemeen] {n} limpieza (n) {f} [algemeen]
schoonmaken (v) [van de ingewanden ontdoen] {n} desentrañar (v) [van de ingewanden ontdoen]
schoonmaken (v) [van de ingewanden ontdoen] {n} destripar (v) [van de ingewanden ontdoen]
schoonmaken (v) [clean, purify] {n} lavar (v) [clean, purify]
schoonmaken (n) [algemeen] {n} aseo (n) {m} [algemeen]
schoonmaken (v) [clean, purify] {n} purificar (v) [clean, purify]