Zoek woord persoonlijk gebruik heeft 2 resultaten
Ga naar
NL Nederlands ES Spaans
persoonlijk gebruik (n) [gebruik] {n} uso personal (n) {m} [gebruik]
persoonlijk gebruik (n) [gebruik] {n} uso privado (n) {m} [gebruik]

NL ES Vertalingen voor persoonlijk

persoonlijk (a) [algemeen] secreto (a) {m} [algemeen]
persoonlijk (a) [informatie] secreto (a) {m} [informatie]
persoonlijk (a) [letter] secreto (a) {m} [letter]
persoonlijk (a) [algemeen] reservado (a) [algemeen]
persoonlijk (a) [informatie] reservado (a) [informatie]
persoonlijk (a) [letter] reservado (a) [letter]
persoonlijk (a) [informatie] sensitivo (a) [informatie]
persoonlijk (a) [algemeen] confidencial (a) [algemeen]
persoonlijk (a) [informatie] confidencial (a) [informatie]
persoonlijk (a) [letter] confidencial (a) [letter]

NL ES Vertalingen voor gebruik

gebruik (n) [gewoonte] {n} habituación (n) {f} [gewoonte]
gebruik (n) [algemeen] {n} hábito (n) {m} [algemeen]
gebruik (n) [gewoonte] {n} hábito (n) {m} [gewoonte]
gebruik (n) [algemeen] {n} costumbre (n) {f} [algemeen]
gebruik (n) [gewoonte] {n} costumbre (n) {f} [gewoonte]
gebruik (n) [gewoonte] {n} tic (n) {m} [gewoonte]
gebruik (n) [gewoonte] {n} manía (n) {f} [gewoonte]
gebruik (n) [gewoonte] {n} costumbre fastidiosa (n) {f} [gewoonte]
gebruik (n v) [act of using] {n} uso (n v) {m} [act of using]
gebruik (n) [algemeen] {n} uso (n) {m} [algemeen]