Woxikon / Woordenboek / Nederlands Spaans / O / onder controle brengen

NL ES Nederlands Spaans vertalingen voor onder controle brengen

Zoek woord onder controle brengen heeft 2 resultaten
Ga naar
NL Nederlands ES Spaans
onder controle brengen (v) [to overcome, quieten, bring under control] (v) someter (v) [to overcome, quieten, bring under control]
onder controle brengen (v) [to overcome, quieten, bring under control] (v) doblegar (v) [to overcome, quieten, bring under control]

NL ES Vertalingen voor onder

onder (o) [positie] abajo (o) [positie]
onder (o) [algemeen] bajo (o) {m} [algemeen]
onder (adv prep) [below or underneath] bajo (adv prep) {m} [below or underneath]
onder (prep adv adj) [beneath the surface of] bajo (prep adv adj) {m} [beneath the surface of]
onder (o) [graad] bajo (o) {m} [graad]
onder (o) [hoeveelheid] bajo (o) {m} [hoeveelheid]
onder (prep adv adj) [in a lower level than] bajo (prep adv adj) {m} [in a lower level than]
onder (prep adv) [lower in spatial position than] bajo (prep adv) {m} [lower in spatial position than]
onder (o) [voorzetsel] bajo (o) {m} [voorzetsel]
onder (o) [werk] bajo (o) {m} [werk]

NL ES Vertalingen voor controle

controle (n) [algemeen] {m} mando (n) {m} [algemeen]
controle (n) [onderzoek] {m} mando (n) {m} [onderzoek]
controle (n) [overheersing] {m} mando (n) {m} [overheersing]
controle (n) [algemeen] {m} dominación (n) {f} [algemeen]
controle (n) [onderzoek] {m} dominación (n) {f} [onderzoek]
controle (n) [overheersing] {m} dominación (n) {f} [overheersing]
controle (n) [algemeen] {m} control (n) {m} [algemeen]
controle (n) [onderzoek] {m} control (n) {m} [onderzoek]
controle (n) [overheersing] {m} control (n) {m} [overheersing]
controle (n) [algemeen] {m} inspección (n) {f} [algemeen]

NL ES Vertalingen voor brengen

brengen (v) [voldoening] dar (v) [voldoening]
brengen (v) [halen] traer (v) [halen]
brengen (v) [persoon] traer (v) [persoon]
brengen (v) [to transport toward somebody/somewhere] traer (v) [to transport toward somebody/somewhere]
brengen (v) [voldoening] traer (v) [voldoening]
brengen (v) [voorwerpen] traer (v) [voorwerpen]
brengen (v) [halen] ir por (v) [halen]
brengen (v) [halen] ir a buscar (v) [halen]
brengen (v) [to transport toward somebody/somewhere] llevar (v) [to transport toward somebody/somewhere]