Zoek woord time span heeft 5 resultaten
Ga naar
EN Engels NL Nederlands
time span (n) [time] tijdsduur (n) {m} [time]
time span (n) [time] periode (n) {f} [time]
time span (n) [time] tijdsspanne (n) {m} [time]
time span (n) [time] tijdsperiode (n) {f} [time]
time span (n) [time] tijdsbestek (n) {n} [time]

EN NL Vertalingen voor time

time (n) [general] moment (n) {n} [general]
time (n) [duration] duur (n) {m} [duration]
time (n) [duration] tijdsduur (n) {m} [duration]
time (n) [duration] tijd (n) {m} [duration]
time (n) [general] tijd (n) {m} [general]
time (n) [past] tijd (n) {m} [past]
time (n) [watch] tijd (n) {m} [watch]
time (int n v) [era] tijdperk (int n v) {n} [era]
time (n) [past] tijdperk (n) {n} [past]
time (n) [music] maat (n) {m} [music]

EN NL Vertalingen voor span

span (n) [measures - weights] breedte (n) {f} [measures - weights]
span (n) [measures - weights] wijdte (n) {f} [measures - weights]
span (n) [measures - weights] spanne (n) {m} [measures - weights]
span (n) [time] tijdsduur (n) {m} [time]
span (n) [aviation] spanwijdte (n) {f} [aviation]
span (n) [bridge] spanwijdte (n) {f} [bridge]
span (n) [time] periode (n) {f} [time]
span (n) [time] tijdsspanne (n) {m} [time]
span (n) [time] tijdsperiode (n) {f} [time]
span (n) [time] tijdsbestek (n) {n} [time]