NL EN Nederlands Engels vertalingen voor je kon een speld horen vallen
Zoek woord je kon een speld horen vallen heeft 3 resultaten
Ga naar
NL | Nederlands | EN | Engels | |
---|---|---|---|---|
je kon een speld horen vallen [stilte] | it was dead still [stilte] | |||
je kon een speld horen vallen [stilte] | it was dead quiet [stilte] | |||
je kon een speld horen vallen [stilte] | you could hear a pin drop [stilte] |
NL EN Vertalingen voor je
je (pronoun conj) [possessive determiner] | thy (pronoun conj) [possessive determiner] | |||
je [bez. bijv. nw. - mv. - één pers.] | your [bez. bijv. nw. - mv. - één pers.] | |||
je [bezittelijk bijvoeglijk nw. - enk.] | your [bezittelijk bijvoeglijk nw. - enk.] | |||
je | you | |||
je [algemeen] | you [algemeen] | |||
je (pronoun determiner) [object pronoun: the group being addressed] | you (pronoun determiner) [object pronoun: the group being addressed] | |||
je [persoonlijk vnw. - lijdend vw. - enk.] | you [persoonlijk vnw. - lijdend vw. - enk.] | |||
je [persoonlijk vnw. - meewerkend vw. - enk.] | you [persoonlijk vnw. - meewerkend vw. - enk.] | |||
je [persoonlijk vnw. - onderwerp - enk.] | you [persoonlijk vnw. - onderwerp - enk.] | |||
je [wederkerend vnw. - enk.] | yourself [wederkerend vnw. - enk.] |
NL EN Vertalingen voor een
een [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} | some [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] | |||
een {m} | one | |||
een [algemeen] {m} | one [algemeen] | |||
een [hoofdtelwoord] {m} | one [hoofdtelwoord] | |||
een [hoofdtelwoord] {m} | one [hoofdtelwoord] | |||
een [hoofdtelwoord] {m} | one [hoofdtelwoord] | |||
een [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} | a [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] | |||
een [onbepaald lidwoord] {m} | a [onbepaald lidwoord] | |||
een {m} | an | |||
een [onbepaald lidwoord] {m} | an [onbepaald lidwoord] |
NL EN Vertalingen voor speld
NL EN Vertalingen voor horen
horen [passen] {m} | fit [passen] | |||
horen [passen] {m} | befit [passen] | |||
horen [fysiologie] {m} | hear [fysiologie] | |||
horen [noodzakelijkheid] {m} | need [noodzakelijkheid] | |||
horen [passen] {m} | suit [passen] | |||
horen [anatomie - zoölogie] {m} | horn [anatomie - zoölogie] | |||
horen [noodzakelijkheid] {m} | should [noodzakelijkheid] | |||
horen [gedrag] {m} | become [gedrag] | |||
horen [passen] {m} | become [passen] | |||
horen {m} | befit |
NL EN Vertalingen voor vallen
vallen [prijzen] {n} | fall away [prijzen] | |||
vallen [intransitief] {n} | drop [intransitief] | |||
vallen [prijzen] {n} | drop [prijzen] | |||
vallen [val] {n} | drop [val] | |||
vallen [aantal] {n} | sink [aantal] | |||
vallen [verkoop] {n} | slump [verkoop] | |||
vallen {n} | fall | |||
vallen [categorie] {n} | fall [categorie] | |||
vallen [intransitief] {n} | fall [intransitief] | |||
vallen [nacht] {n} | fall [nacht] |