Woxikon / Woordenboek / Nederlands Engels / G / geloof je in God_

NL EN Nederlands Engels vertalingen voor geloof je in God_

Zoek woord geloof je in God_ heeft eén resultaat
Ga naar
NL Nederlands EN Engels
geloof je in God_ (phrase) [do you believe in God?] (phrase) do you believe in God (phrase) [do you believe in God?] (phrase)

NL EN Vertalingen voor geloof

geloof [vertrouwen] {n} reliance [vertrouwen]
geloof [vertrouwen] {n} belief [vertrouwen]
geloof [vertrouwen] {n} faith [vertrouwen]
geloof (n v) [acceptance of a belief or claim] {n} credence (n v) [acceptance of a belief or claim]
geloof [algemeen] {n} credence [algemeen]
geloof [vertrouwen] {n} confidence [vertrouwen]
geloof [vertrouwen] {n} trust [vertrouwen]
geloof [vertrouwen] {n} credit [vertrouwen]
geloof {n} religion
geloof {n} faith

NL EN Vertalingen voor je

je (pronoun conj) [possessive determiner] thy (pronoun conj) [possessive determiner]
je [bez. bijv. nw. - mv. - één pers.] your [bez. bijv. nw. - mv. - één pers.]
je [bezittelijk bijvoeglijk nw. - enk.] your [bezittelijk bijvoeglijk nw. - enk.]
je you
je [algemeen] you [algemeen]
je (pronoun determiner) [object pronoun: the group being addressed] you (pronoun determiner) [object pronoun: the group being addressed]
je [persoonlijk vnw. - lijdend vw. - enk.] you [persoonlijk vnw. - lijdend vw. - enk.]
je [persoonlijk vnw. - meewerkend vw. - enk.] you [persoonlijk vnw. - meewerkend vw. - enk.]
je [persoonlijk vnw. - onderwerp - enk.] you [persoonlijk vnw. - onderwerp - enk.]
je [wederkerend vnw. - enk.] yourself [wederkerend vnw. - enk.]

NL EN Vertalingen voor in

in [in elk] to [in elk]
in [gedrag] fashionable [gedrag]
in (adj v) [legally qualified] able (adj v) [legally qualified]
in [nabijheid] at [nabijheid]
in (adj) [fashionable] vogueing (adj) [fashionable] (adj)
in [nabijheid] in [nabijheid]
in [voorzetsel] in [voorzetsel]
in [mode] very fashionable [mode]
in [voorzetsel] within [voorzetsel]
in [mode] trendy [mode] (informal)

NL EN Vertalingen voor god

God {m} God
God [godsdienst] {m} God [godsdienst]
God (proper) [impersonal, universal, spiritual presence] {m} God (proper) [impersonal, universal, spiritual presence]