Zoek woord zu bezahlen heeft 4 resultaten
Ga naar
DE Duits NL Nederlands
zu bezahlen [Geld] verschuldigd [Geld]
zu bezahlen (a) [Geld] verschuldigd (a) [Geld]
zu bezahlen [Geld] te betalen [Geld]
zu bezahlen (a) [Geld] te betalen (a) [Geld]

DE NL Vertalingen voor zu

zu (n) [in Richtung auf] te (n) [in Richtung auf]
zu (o) [Grad] te (o) [Grad]
zu [Grad] te [Grad]
zu (particle prep adv) [infinitive-marker] te (particle prep adv) [infinitive-marker]
zu (adv) [more than enough; ''as too much''] te (adv) [more than enough; ''as too much'']
zu [Grad] te zeer [Grad]
zu (o) [Grad] te zeer (o) [Grad]
zu [Richtung] naar [Richtung]
zu (o) [Richtung] naar (o) [Richtung]
zu (prep adj) [in the direction of] naar (prep adj) [in the direction of]

DE NL Vertalingen voor bezahlen

bezahlen [Schuld] vereffenen [Schuld]
bezahlen (v) [Schuld] vereffenen (v) [Schuld]
bezahlen (n v) [pay] voldoen (n v) [pay]
bezahlen [Differenz] betalen [Differenz]
bezahlen (v) [Differenz] betalen (v) [Differenz]
bezahlen [Geld] betalen [Geld]
bezahlen (v) [Geld] betalen (v) [Geld]
bezahlen [Schuld] betalen [Schuld]
bezahlen (v) [Schuld] betalen (v) [Schuld]
bezahlen (n v) [pay] betalen (n v) [pay]